Ricardo Moreno is dol op katten. Op zijn veertiende volgde hij zijn huiskat overal en bestudeerde zijn gedrag – vaak tot ongenoegen van zijn moeder.

Inmiddels doet de Panamese onderzoeker studie naar andere katten: hij helpt mee aan het behoud van de jaguar, de grootste van de Amerikaanse katachtigen.

Het verspreidingsgebied van de jaguar strekte zich ooit uit over een gebied van negen miljoen vierkante kilometer, van de zuidelijke bergen van Argentinië tot de Grand Canyon in Arizona. Maar door jaren van ontbossing en de jacht is die habitat drastisch geslonken, waardoor veertig procent van de historische populatie van jaguars is verdwenen. The International Union for Conservation of Nature beschouwt de jaguar als ‘gevoelig’ voor uitsterving (‘near threatened’); in Uruguay en Ecuador is de soort al verdwenen.

Terwijl hun habitat verdwijnt, worden de resterende jaguars gedwongen om op vee te jagen in plaats van op hun traditionele prooidieren, wat er vaak toe leidt dat boeren en landbezitters de katten uit vergelding afschieten of vergiftigen.

Moreno, die voor 2017 werd verkozen tot National Geographic Emerging Explorer, heeft een strategie ontwikkeld om dit soort vergeldingsmaatregelen te stoppen, een strategie die berust op medewerking van lokale gemeenschappen. Hij wil de jaguars populair maken bij de plaatselijke bevolking.

In de afgelopen vijf jaar heeft Moreno ruim 1300 praatjes voor lokale boeren in Costa Rica en Panama gehouden om ze van de waarde van deze dieren te overtuigen. Zo houdt hij de boeren voor dat jaguars, als roofdieren bovenaan de voedselketen, het hele ecosysteem in evenwicht houden.

“Je hebt mensen die door mij nooit van gedachten zullen veranderen,” zegt Moreno, die in Panama de non-profitorganisatie Yaguará heeft opgericht.

Maar soms weet hij tot de boeren door te dringen. “Ze zeggen dat ze deze kat echt niet moeten, maar dan bedanken me toch voor wat ik met hen wil bereiken (...). ‘Alleen al daarom zal ik deze enge katten niet doodmaken’, zeggen ze.”

Vertrouwen scheppen

Moreno heeft ook gewerkt aan het opzetten van een programma om de jaguars te volgen, waarbij plaatselijke bewoners geld krijgen voor hun hulp aan de wetenschappers. Als een cameraval bijvoorbeeld een foto van een jaguar op iemands grondbezit maakt, krijgt deze bewoner geld van Yaguará.

Met de verzamelde gegevens kan de organisatie de bewegingen van de jaguars volgen, zodat onderzoekers de boeren kunnen waarschuwen als een van de dieren een boerderij nadert. In dat geval helpt Yaguará de boeren om dichterbij hun huis een kleine omheining voor vee op te zetten.

Moreno en zijn team hebben de plaatselijke bewoners ook geleerd hoe ze gipsafdrukken van jaguarsporen moeten maken en hen aangemoedigd om wat extra geld te verdienen door de afdrukken als souvenirs aan toeristen te verkopen.

“We moeten het vertrouwen bij de lokale bevolking opbouwen,” zegt hij. “Als je dat helemaal niet doet, dan wordt het moeilijk om de situatie van deze dieren te veranderen, niet alleen van jaguars maar van alle katachtigen in de wereld.”

De eenzame jager

Luke Hunter, voorzitter en hoofd natuurbehoud van Panthera, een organisatie die strijdt voor het behoud van katachtigen, zegt dat conflicten tussen boeren en wilde dieren zeer gebruikelijk zijn.

“Overal waar je vee en vleeseters hebt, is dit een probleem,” zegt hij. “In het geval van de jaguar is het zonder twijfel een van de belangrijkste bedreigingen in gebieden waar mensen wonen.”

Daarom is de relatie met Latijns-Amerikaanse regeringen ook van groot belang voor het behoud van de jaguar, legt Hunter uit.

“Het belangrijkste voorbeeld van dat werk is misschien wel het trainen van beambten, wildopzichters en boswachters van de overheid om te reageren op klachten uit de bevolking over jaguars die vee doden,” zegt hij.

Zo leidt Panthera belangrijke regeringsbeambten op om met duurzame methoden in te gaan op klachten uit de gemeenschap, bijvoorbeeld door het installeren van cameravallen en het uitrusten van jaguars met zendertjes, zodat de bewegingen van deze solitaire jagers gevolgd kunnen worden.

“Dit is een van de grote uitdagingen bij soorten als de jaguar,” zegt Hunter. “We gebruiken instrumenten als cameravallen, zodat we zeer nauwkeurige schattingen voor vrij kleine gebieden kunnen maken. Maar om die schattingen van de jaguardichtheid vervolgens toe te passen op het hele verspreidingsgebied, is een echte uitdaging.”

Speuren naar poep

Verschillende experts doen ook onderzoek naar de uitwerpselen van jaguars om meer te weten te komen over deze roofdieren – van hun gedrag en hun populatiedichtheid tot de manier waarop ze met andere soorten omgaan.

Claudia Wultsch, expert in natuurbehoud aan het American Museum of Natural History, gebruikt professionele speurhonden om uitwerpselen op te sporen, die ze vervolgens gebruikt voor genetisch onderzoek, bijvoorbeeld naar de onderlinge relatie tussen verschillende jaguarpopulaties.

“Het was heel spannend om gebruik te maken van het opsporen van uitwerpselen en genetisch onderzoek en zo meer over jaguars te weten te komen,” zegt ze.

Moreno heeft ruim zeshonderd poepmonsters verzameld en is van plan een student in het onderzoek naar jaguaruitwerpselen op te leiden, zodat zijn kennis op een volgende generatie wordt overgedragen. (Bekijk National Geographic-foto’s van grote katachtigen.)

“Voor mij is dit prachtig,” zegt hij. “Ik zeg altijd tegen mensen: ‘Je weet niet hoe belangrijk poep is!’”