Hoeveel woorden zijn er om iets ‘heel kleins’ aan te duiden? Miniatuur? Minuscuul? Minimum?
Je zou deze woorden kunnen gebruiken om drie nieuwe kikkersoorten te omschrijven die op Madagaskar zijn ontdekt, en dat is ook precies wat wetenschappers bij het kiezen van de officiële namen voor deze diertjes hebben gedaan.
De drie soorten, met de wetenschappelijke namen Mini mum, Mini atureen Miniscule, “zijn astronomisch klein,” zegt Mark Scherz, evolutionair bioloog aan de Ludwig-Maximilians-Universität München, die deze en nog twee andere piepkleine nieuwe kikkersoorten heeft beschreven in een nieuwe studie die deze week verscheen in het tijdschrift PLoS ONE. De Mini’s vertegenwoordigen een heel nieuw geslacht van microkikkers.
“Hun hersenen zijn niet groter dan een speldenknop. Het is verbluffend dat ze alle organen hebben die ook jij en ik in ons lichaam hebben, maar dan in een omhulsel dat viermaal zo klein is als jouw duimnagel.”
De kleinste soort, Mini mum, is ongeveer zo groot als een nietje, oftewel 8 tot 10 millimeter lang; de grootste, Mini ature, meet 14,9 millimeter – ongeveer zo lang als een microSD-kaartje. ’s Werelds allerkleinste kikkertje – en gewervelde dier überhaupt – is met een lengte van 7,7 millimeter niet groter dan een huisvlieg.
Elk van de drie amfibieën komt op slechts één plek op Madagaskar voor. Vooral het verspreidingsgebied van de Mini mum en de populatie die reeds bekend is, is zeer beperkt. Dit heeft de auteurs van het onderzoek ertoe gebracht de soort meteen aan te bevelen voor de classificatie ‘ernstig met uitsterving bedreigd’.
Familie van microkikkers
De nieuwe soorten behoren tot de informele groep van ‘microkikkers’, onderdeel van de familie Cophylinae. Met hun ontdekking komt het totaal aantal Malagassische microkikkers op 108; gemiddeld worden op het eiland tien nieuwe soorten per jaar gevonden en wetenschappelijk beschreven.
Sinds ze in 2014 met hun onderzoek naar deze microkikkers begonnen, hebben Scherz en zijn collega’s ruim veertig soorten ontdekt.
Uiteraard is het ontdekken van een nieuwe soort een belangrijke gebeurtenis.
Bij dieren met een normale omvang is het identificeren van kleine uiterlijke verschillen tussen soorten al lastig genoeg. Maar bij microkikkers lijkt dat bijna ondoenlijk. Dankzij een techniek die ‘röntgenmicrotomografie’ wordt genoemd, en ook moleculair en genetisch onderzoek, konden Scherz en zijn team minuscule verschillen in de tandjes en botjes van de diertjes onderzoeken en zo aantonen dat het inderdaad om unieke soorten ging.
Het is ook niet eenvoudig om de diertjes te vinden, want ze leven te midden van dorre bladeren in afgelegen wouden in het zuidoosten van Madagaskar en tussen dichte graspollen in het bergachtige noorden van het eiland. (Bekijk ook deze adembenemende foto’s van Madagaskar.)
De kikkertjes hebben hun minuscule omvang waarschijnlijk in de loop van hun evolutie ontwikkeld, om gebruik te maken van een aantal ecologische niches waar maar weinig andere dieren zouden kunnen gedijen. Daar jagen ze op niet veel kleinere prooidieren als mieren, termieten en springstaarten.
Leuke namen (en het is geen 1 aprilgrap)
Volgens Jim Hanken, een evolutionair bioloog van de Harvard-universiteit die onderzoek doet naar piepkleine Zuid-Amerikaanse amfibieën, worden in de nieuwe analyse goede moleculaire bewijzen en argumenten voor de verschillen tussen botten en tanden aangedragen, zodat er terecht van een geheel nieuw geslacht kan worden gesproken.
Ook kan hij de grappige namen van de kikkertjes wel waarderen. Wel waarschuwt hij ervoor dat al te komisch bedoelde namen tot verwarring kunnen leiden, vooral wanneer dieren opnieuw worden ingedeeld of wanneer blijkt dat een gekozen naam al voor een andere soort is gebruikt.
Dat eerste gebeurde met een Zuid-Amerikaanse wormsalamander, die de naam Oedipus complex kreeg (een verwante soort werd Oedipus rexgenoemd). Maar toen het geslacht werd omgedoopt tot Oedipina om verwarring met andere soorten te voorkomen, gingen de leuke woordspelingen verloren.
“Als je dit soort grappen uithaalt, loop je altijd het risico dat er iemand langskomt die het zal veranderen,” zegt Hanken. (Lees meer over deze zeven minikikkers uit Brazilië.)
Volgens Scherz heeft hij de namen Mini mum, Mini atureen Mini sculegekozen om aandacht van een breder publiek te trekken.
“Heel veel onderdelen van de wetenschap zijn droog,” zegt hij. “Als er ook maar iets is waarmee we onze wetenschap meer benaderbaar kunnen maken, dan moeten we dat doen.”
Dit artikel werd oorspronkelijk in het Engels gepubliceerd op NationalGeographic.com