In Oost-Azië hebben honingbijen voortdurend te maken met aanvallen van een formidabele vijand: reuzenhoornaars. Deze roofwespen stortten zich meestal op afzonderlijke bijen maar voeren ook groepsaanvallen op hele bijenkorven uit. Daarbij onthoofden de grote en agressieve wespen elke bij die ze tegenkomen, veroveren de bijenkorf en doen zich dan te goed aan de larven van de bijen.
Om zich tegen de hoornaars te beschermen hebben Aziatische honingbijen gedurende hun evolutie vindingrijke tactieken ontwikkeld, zoals het omringen van de aanvallers met warme ‘bijenballen’, zodat ze van oververhitting sterven.
Maar tijdens een nieuw onderzoek in Vietnam hebben wetenschappers een nog merkwaardiger bijentruc ontdekt: de insecten smeren de ingang van hun korf in met dierenmest.
Niet alleen schrikken deze ‘fecale vlekken’ de reuzenhoornaars af, het is ook het eerste duidelijke voorbeeld van het gebruik van werktuigen bij honingbijen, aldus Heather Mattila, entomologe aan het Wellesley College in Massachusetts en een van de auteurs van de nieuwe studie, die begin deze week in het tijdschrift PLOS ONE is verschenen.
Vóór het verschijnen van deze studie was nog niet onderzocht waarom sommige bijenkorven in Vietnam en elders in Zuidoost-Azië zwarte vlekken rond hun ingang vertoonden. Maar Mattila en haar collega’s ontdekten dat het donkere materiaal uit mest van diersoorten als kippen en koeien bestond. Ook konden ze aantonen dat de uitwerpselen de soort Vespa soror afschrikken, een ondersoort van de Aziatische reuzenhoornaar.
Dat ze er eindelijk in waren geslaagd de tactiek van de bijen te achterhalen, was “heel verbluffend,” zegt Mattila, wier onderzoek mede wordt gefinancierd door de National Geographic Society. Het is “een van de interessantste dingen die onze onderzoeksgroep ooit heeft bestudeerd.”
Het belang van de nieuwe studie wordt nog groter als we bedenken dat Vespa soror de nauwste verwant is van de eigenlijke Aziatische reuzenhoornaar, Vespa mandarinia, die ook wel wordt aangeduid als de ‘moordhoornaar’. Deze agressieve roofwesp werd niet lang geleden voor het eerst in het Pacifische Noordwesten van de VS aangetroffen, wat tot grote ophef heeft geleid.
Inzicht in de wijze waarop de Vietnamese bijen aanvallen van reuzenhoornaars afslaan, zou volgens Mattila weleens kunnen helpen bij het beschermen van honingbijen in andere delen van de wereld.
Bovendien is “de combinatie van ‘moordhoornaars’ en poep natuurlijk zeer aantrekkelijk,” grapt ze.
Mestafweer
Mattila en haar collega’s wijdden honderden uren aan het observeren van bijen in een Vietnamees apiarium en ontdekten daarbij dat de honingbijen na aanvallen van reuzenhoornaars mest gingen gebruiken bij het bouwen van de ingang van hun korven. Het team analyseerde vervolgens opnamen van driehonderd aanvallen van hoornaars en kwam tot de conclusie dat de roofwespen veel minder vaak bleven rondhangen bij de ingang van een bijenkorf of een invasie op touw zetten als die ingang met uitwerpselen was besmeurd.
De onderzoekers ontdekten ook dat als ze in de buurt van de ingang van een bijenkorf een stuk papier neerlegden dat was doordrenkt met vloeistoffen van dode hoornaars, de bijen ook dat stuk papier met mest besmeurden.
Onduidelijk is nog waarom de mest de hoornaars afschrikt. Het lijkt erop dat de insecten niet tegen de geur kunnen, maar het is ook mogelijk dat ze een korf die met mest is besmeurd niet met hun kaken willen ‘openkauwen’, iets wat de wespen volgens Mattila doen om hun aanval eenvoudiger te laten verlopen.
De uitwerpselen kunnen ook werken als een vorm van geurcamouflage. “Normaliter ruiken bijenkorven naar honing en zoetigheid,” wat de hoornaars aanlokt en de weg wijst, zegt Lars Chittka, die onderzoek doet naar de zintuiglijke waarneming en het gedrag van bijen aan de Queen Mary University of London. “Het is mogelijk dat de uitwerpselen een onaangename stank afgeven en die zoete geur maskeren.”
Ophef rond 'moordhoornaars'
Sinds het moment dat de Aziatische reuzenhoornaar eind 2019 voor het eerst in de staat Washington, in het noordwesten van de VS, werd aangetroffen, werken entomologen dag en nacht om te voorkomen dat de soort in de VS vaste voet aan de grond krijgt. En met enig succes: in oktober ontdekten en vernietigden ze het eerste levende nest van deze vraatzuchtige insecten in de VS.
Een van de redenen waarom de invasie van de soort zoveel aandacht heeft gekregen, is dat Aziatische reuzenhoornaars het gemunt hebben op de Europese honingbij, die in tegenstelling tot zijn Aziatische soortgenoot niet weet hoe hij zich tegen deze roofinsecten moet verdedigen.
In de VS is de Europese honingbij verantwoordelijk voor de bestuiving van de meeste planten en de meest gebruikte bijensoort voor de bestuiving van commerciële gewassen. De soort is ook efficiënter in het produceren van honing dan zijn Aziatische tegenhangers.
Als onderzoekers erachter komen waarom de uitwerpselen de hoornaars afstoten, is het volgens Mattila mogelijk dat bijenhouders de mest kunnen gebruiken om er de ingangen van hun korven mee te besmeuren en daarmee aanvallen van hoornaars voorkomen. Maar er zijn nog veel onduidelijkheden.
Zo kan het gedrag ook nadelige uitwerkingen hebben. Honingbijen zijn normaliter zeer proper en ijverig – wat volgens Mattila ook een van de redenen is waarom dit gedrag zo’n grote verrassing was. Het gebruik van mest als afschrikking kan problematisch zijn als het gaat om het handhaven van standaards van voedselveiligheid en hygiëne bij de productie van honing.
Bezige bijen - met werktuigen
Het nu ontdekte gebruik van dierenmest kan worden gezien als een vorm van werktuiggebruik bij de bijen, omdat de insecten “iets van buiten hun eigen domein meenemen en dat manipuleren” om er hun omgeving mee vorm te geven. Het is een “behoorlijk baanbrekende vondst,” zegt Susan Cobey, een onafhankelijke bijenkweekster en geneticus in Californië die niet bij het nieuwe onderzoek was betrokken. (Lees meer over het gebruik van werktuigen bij dieren.)
De vakliteratuur over het gebruik van werktuigen bij dieren is complex en in sommige gevallen omstreden, afhankelijk van de definitie die voor het woord ‘werktuig’ wordt gehanteerd, zegt Mattila. Bekend is dat andere insecten werktuigen gebruiken; zo hanteren sommige soorten uit de familie van de langsteelgraafwespen steentjes om er aarde mee aan te stampen en hun nesten mee te beschermen. Maar werktuigen hoeven niet per se stokjes of steentjes te zijn – ook mest kan als werktuig worden gebruikt.
Maar sommige onderzoekers vinden dat mest niet echt als werktuig kan worden gezien: “Het is wat vergezocht om te zeggen dat dit het eerste voorbeeld van werktuiggebruik [bij honingbijen] is,” schrijft Stephen Martin, entomoloog aan de Britse University of Salford, in een e-mail. “De soort gebruikt ook blaadjes om de ingang van zijn korven te markeren en sommige nesten worden van papier gemaakt” – allemaal gedrag dat volgens hem als werktuiggebruik kan worden gezien.
Volgens Bob Jeanne, wespenexpert aan de University of Wisconsin-Madison, hebben de auteurs “gelijk als ze dit beschouwen als het eerste voorbeeld van werktuiggebruik bij de honingbij (...). Ik vind dat ze een redelijke definitie hanteren.”
Martin en Jeanne zijn het erover eens dat het gedrag in elk geval fascinerend is. “Het vermogen van deze sociale insecten blijft ons verbazen,” zegt Martin. “We weten nog steeds vrij weinig over hun gedrag en dit is het zoveelste prachtige voorbeeld daarvan.”
Dit artikel werd oorspronkelijk in het Engels gepubliceerd op NationalGeographic.com