Bijna alle koppotigen – de klasse waartoe octopussen, inktvissen en pijlinktvissen behoren – beschikken over een wonderlijke eigenschap: ze kunnen niet alleen de kleur en het patroon van hun huid veranderen, maar ook de vorm en textuur van hun lijf aanpassen. En dit alles doen ze in een oogwenk, terwijl de meeste koppotigen kleurenblind zijn.
Hoe ze dat doen? Hun huid is bedekt met miljoenen chromatoforen. Deze met pigment gevulde zakjes kunnen worden uitgerekt om de huid één dezelfde kleur te geven of worden samengetrokken tot stipjes, waardoor gevarieerde patronen ontstaan. Ook hebben octopussen en inktvissen papillen op de huid, kleine bultjes of flappen die kunnen worden gladgestreken of juist gekreukt om diverse huidtexturen te creëren. Dan rest nog de vraag: waarom?
1. Om roofdieren af te schrikken
Octopussen en inktvissen kunnen binnen een seconde in hun omgeving opgaan om zich te verstoppen voor roofdieren. Maar ze kunnen ze ook afschrikken: wanneer de gecamoufleerde koppotigen worden betrapt, maken ze hun huid of ogen donkerder en rekken ze zich uit om groter en intimiderender over te komen.
Sommige inktvissen maken zelfs ‘oogjes’ op hun huid om hun tegenstander aan te staren. Thaumoctopus mimicus is al helemaal meester der vermomming: deze octopus neemt het uiterlijk en gedrag aan van dieren die hun belagers liever mijden, zoals de koraalduivel.
2. Om prooien te misleiden en te hypnotiseren
Het nabootsen van andere dieren helpt koppotigen ook om minder bedreigend over te komen en hun prooi dichter te naderen. Zo doet Sepia pharaonis bijvoorbeeld zich voor als een onschuldige heremietkreeft om koraaljuffers te besluipen.
Octopus laqueus heeft een bijzondere truc achter de hand: de inktvis laat donkere patronen over zijn lichaam glijden, waardoor het lijkt alsof hij naar voren beweegt terwijl hij eigenlijk op dezelfde plek blijft. Op die manier wordt de prooi misleid en wordt deze uit zijn schuilplaats gelokt.
Tekst loopt door onder de afbeelding.
3. Om onderling te communiceren
Dosidicus gigas-pijlinktvissen hebben een manier gevonden om te communiceren op grote diepten, waar weinig zonlicht is: ze creëren hun eigen licht met fotoforen, kleine lichtgevende orgaantjes op de huid. Daarmee kunnen ze elkaar signalen geven om in scholen te blijven zwemmen tijdens hun dagelijkse migratie van de diepzee naar ondieper water.
De mannetjes gebruiken bovendien huidsignalen om andere mannetjes op afstand te houden; door donkere kleuren over hun lichaam te laten schieten dwingen ze dominantie af. Wanneer ze een ander mannetje tegenkomen, kunnen ze ook zebrapatronen vertonen terwijl ze met hun vinnen flapperen.
4. Om een partner te vinden
Grote blauwe octopusmannetjes worden bleek en krijgen flitsende zwarte strepen op hun lichaam wanneer ze een vrouwtje proberen te verleiden. Sepioteuthis sepioidea-mannetjes daarentegen krijgen een donkerrode huid bij het zien van een potentiële partner.
De grootste zeekat ter wereld, Sepia apama, houdt er een andere aanpak op na. Mannetjes die kleiner zijn van stuk proberen hun grotere rivalen om de tuin te leiden door een vrouwtje na te bootsen. Vervolgens mengen ze zich onder de vrouwtjes en beginnen met paren, recht voor de neus van het grotere mannetje. De kleine mannetjes splitsen hun mantel in tweeën: het vrouwtje krijgt een patroon te zien waarmee hij haar het hof maakt, terwijl het concurrerende mannetje nog steeds tegen een misleidend patroon aankijkt.
Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief van National Geographic en ontvang de favoriete verhalen van de redactie wekelijks in je mail.