Een moederbeer en haar jong kuieren gemoedelijk door het gras onze kant op. Het jong is een miniatuurversie van het volwassen dier, alleen nog wat blonder en pluiziger. Voor het kleintje is het de tweede zomer in Hallo Bay, aan de kust van Katmai National Park in Alaska. Het doet in alles de moeder na, maar is nog erg speels en aanhankelijk.

Dan kruipen ze tegen elkaar aan, draaien van ons weg en doen een dutje. Onze aanwezigheid deert ze niet. Het gevoel is wederzijds. Binnen een halfuur voelt mijn verloofde, die de nabijheid van de beren zoals veel nieuwe bezoekers van Katmai spannend vindt, zich zo op zijn gemak dat ook hij in het gras in slaap valt.

Op excursie in Katmai

In Katmai National Park and Preserve leven zo’n 2200 bruine beren. Het kustgebied, gelegen aan de zuidwestkant van Alaska, herbergt een aantal van de dichtste populaties bruine beren ter wereld.

Er is zo veel voedsel te vinden in Hallo Bay dat de dieren er in grote aantallen samenscholen en nog altijd voldoende hebben om te delen: cypergras, zalm en Siliqua patula. Nergens in het park is het beter beren spotten dan hier.

een kaart van de bruine beren in alaska
SOREN WALLJASPER, NGM; BRONNEN: NATIONAL PARK SERVICE; OPENSTREETMAP

Dave Bachrach leidt al ruim twintig jaar bruineberenexcursies in Katmai. De 67-jarige, gekleed in dezelfde kleur modderiggrijs als het gletsjerslib aan de kust, straalt rust en deskundigheid uit. Onder zijn hoede voelen toeristen zich gedurende enkele uren één met de beren. ‘Ik wil het natuurlijke gedrag van de beren laten zien,’ zegt hij, ‘niet hun reactie op ons.’

Mens en bruine beer, werkt dat?

Zolang ik me kan heugen, speelt de bruine beer een rol in mijn leven. Als twintigers leidden mijn ouders aan de ruige kust ten noorden van Katmai ’s zomers een van de eerste berenkampen in Alaska. De bruine beer stond bij ons thuis in hoog aanzien.

‘Ik wil het natuurlijke gedrag van de beren laten zien, niet hun reactie op ons.’ – Dave Bachrach, excursieleider.

In de keuken van mijn ouders hangen, naast de gebruikelijke familiekiekjes, nog altijd foto’s van hun favoriete beren. Gedurende de vijf jaar die mijn ouders berengids waren, in de jaren tachtig, vond een belangrijke­ mentaliteitsverandering plaats in Alaska, waar toeristen de bruine beer tot dan vooral als jachttrofee hadden gezien.

een groep toeristen kijkt toe hoe een moederbeer haar welp zoogt in hallo bay
ACACIA JOHNSON
Een groep toeristen kijkt toe hoe een moederbeer haar welp zoogt in Hallo Bay. Het eiwitrijke cypergras levert voldoende voedingsstoffen voordat de zalmtrek in de zomer begint.

Een groep biologen en medewerkers van het naburige McNeil River State Game Sanctuary startte een onderzoek naar het gedrag van bruine beren. Ze ontdekten dat ze minder onvoorspelbaar zijn dan gedacht en de aanwezigheid van mensen kunnen leren accepteren, mits deze zich even voorspelbaar gedragen als de dieren zelf.

Voorwaarde is dat de bezoekers zich opdelen in kleine, begeleide groepen, het territorium van de beren respecteren en de dieren nooit blootstellen aan menselijk voedsel.

Onderzoek naar de bruine beer

In mijn jeugd kwam ik vaak in McNeil River. Toen stond ik er nog niet bij stil hoe bijzonder het is om uit te kijken op een stuk of veertig beren. Een halve eeuw geleden startte McNeil River-directeur Larry Aumiller een succesvol project dat nog altijd loopt. Elke zomer worden bezoekers dagelijks naar dezelfde plek gebracht om bruine beren te bekijken.

Om ze te onderscheiden, geven de medewerkers ze namen: Braveheart, Solstice, Ears. Inmiddels beschikt het reservaat over decennia aan onderzoeksgegevens. In McNeil River zag ik de beren hun unieke vistechnieken oefenen: zalm uit de lucht happen bij watervallen, ‘snorkelen’ naar vissen in draaikolken, of stroomafwaarts de restjes van grotere beren opwachten.

‘Wie leert delen met een toppredator kan dat, mijns inziens, met bijna alles en iedereen.’ – Larry Aumiller, directeur McNeil River.

Ik zag zorgzame, strenge moederberen, die hun welpen niet uit het oog verliezen, maar ook relatief lakse, die hun jongen veel vrijer laten. Wat me vooral is bijgebleven, is hoe open en kwetsbaar de dieren zich opstelden. De jonge moeder T Bear zoogde haar welpen recht voor mijn camera. Een imposante blonde beer viel naast mijn vader en mij in slaap. Wat ik als kind nog niet besefte, was dat dit alleen mogelijk was omdat het land zorgvuldig wordt beheerd.

Wie tijd wil doorbrengen met beren in het wild, moet bovenal leren ruimte te delen met wilde dieren, aldus Aumiller. Dit delen van land is niets nieuws in Katmai: langs de zalmrijke rivieren, waar nog altijd beren vissen, woonden negenduizend jaar geleden al mensen. ‘Mensen die niet leren delen, nooit zullen gedijen,’ vertelde Aumiller me ooit. ‘Wie leert delen met een toppredator kan dat, mijns inziens, met bijna alles en iedereen.’

Katmai: een uniek bruineberenparadijs

Een van de grootste bedreigingen is het onomkeerbare verlies van leefgebied. Wereldwijd is de bruine beer in nog maar twee procent van het oorspronkelijke verspreidingsgebied te vinden. Bijna alle bruine beren die nog over zijn in de VS leven in Alaska.

Leestip: Een beer van een beer: hoe de holenbeer kon uitsterven

Het uitgestrekte, ononderbroken landschap van Katmai is een kostbaar goed: een beer kan er ’s zomers wel tachtig kilometer rondstruinen, op zoek naar voedsel om de winter te overleven. Voor velen is de noodzaak dit gebied te beschermen een ver-van-mijn-bedshow – tot ze een moederbeer met jong in levenden lijve zien.

De kust van Katmai is alleen bereikbaar per boot of ­bushvliegtuig. Die afgelegen ligging, samen met het beschikbare voedsel, maakt beren kijken hier tot een heel veilige bezigheid.

Ver weg van wegen en nederzettingen hebben de dieren nooit geleerd mensen te associëren met voedsel of gevaar. Toeristen komen hier al decennia voor de bruine beren, maar ze volgen allemaal de door Aumiller en andere berenbiologen opgestelde protocollen.

vanuit de lucht is in het groene cypergras aan de kust van katmai een netwerk van paden zichtbaar die de bruine beren hier al generaties lang volgen
ACACIA JOHNSON
Vanuit de lucht is in het groene cypergras aan de kust van Katmai een netwerk van paden zichtbaar die de bruine beren hier al generaties lang volgen.

Bij elke beer die we zien, observeert Bachrach eerst het gedrag. Lijkt hij ontspannen, dan kijken we een tijdje toe. Gedraagt hij zich rusteloos of angstig (loopt hij weg, gaapt of snuift hij naar ons), dan geven we hem ruimte en laten we hem met rust. We mogen geen gedrag uitlokken, beren te dichtbij laten komen of ook maar een kruimeltje eten op de grond laten vallen.

De gidsen die mijn ouders opvolgden, leerden een harde les toen er een deur openwoei van een hut waar nog een schaal met fruit op het aanrecht stond. De beer die zich eraan tegoed deed, posteerde zich nog dagenlang op de veranda, wachtend op meer.

Het ‘woeste’ imago van de bruine beer

’s Middags leidt Bachrach ons over een plank drijfhout tussen het grasland en de oceaan. Landinwaarts zien we twee pluizige, blonde welpen vrolijk rondbuitelen op een uitgestrekte grasvlakte, met in de verte nog zeven of acht grazende beren.

Aan de zeekant, achter het kiezelstrand, wandelt een geelbruine beer over een wad van gletsjerslib, op zoek naar Siliqua patula. Deze grote tweekleppigen zijn een eenvoudige prooi voor de sterke kaken en behendige klauwen van de beer.

Bruine beren worden vaak afgeschilderd als woeste carnivoren, maar dat beeld is erg eenzijdig. Het zijn zeer intelligente en complexe dieren, die in het wild zelden agressief zijn. Ze slijten hun dagen met foerageren, luieren, rondzwerven en hun jongen opvoeden.

twee speelse welpen stoeien in het gras bij hallo bay
ACACIA JOHNSON
Twee speelse welpen stoeien in het gras bij Hallo Bay. Volwassen bruine beren gaan zelden met elkaar in gevecht. Ze ­gebruiken lichaamstaal om conflicten te voorkomen.

Bovendien zijn het omnivoren, net als de mens. Een onderzoek uit 2022 laat zien dat beren minder vlees en vis eten dan voorheen werd aangenomen. Wanneer de beren van Katmai in het voorjaar uit hun hol komen, doen ze zich eerst tegoed aan cypergras en bij eb opgegraven Siliqua patula.

Van eind juli tot en met september trekken ze naar de met zalm gevulde riviermondingen. Maar ook tijdens de zalmtrek blijven ze gras en bessen eten. Met zo’n vijftig procent extra lichaamsgewicht beginnen ze aan hun winterslaap. Wie beren wil leren kennen, moet hun omgeving leren kennen: weten wat er groeit, en wanneer. Een gezonde beer is een teken van een gezond ecosysteem.

De laatste stop van de bruineberenexcursie

Eind augustus vaar ik met Bachrach en zes gasten een week langs de kust van Katmai. We overnachten op de boot. Het is nog zalmseizoen, al staat de herfst alweer bijna voor de deur. Terug in Hallo Bay is het gras vergeeld en hebben de meeste beren zich verspreid over het land.

We spotten nog één vrouwtje met vier welpen, een zeldzaam groot nest. Verder naar het zuidwesten zien we beren vissen in kleine, afgelegen inhammen, waar duizenden zalmen liggen te wachten in linten groen water.

Leestip: Met deze nieuwe technieken kunnen de beren Lenore, Toffee en Blonde Teddy worden gevolgd

Zodra een nieuwe bruine beer aan een rivieroever verschijnt, maken de andere ruimte. De grootste krijgen de beste plekken. Ook wij positioneren ons behoedzaam rond de dieren – en rond andere tourgroepen die per boot of watervliegtuig zijn gearriveerd. Om te kunnen overleven in de winter moeten de beren zich nu vol eten. Het is dus bijzonder belangrijk ze niet te storen tijdens het vissen.

Onze laatste stop is Geographic Harbor. Dit doolhof van eilanden werd in 1919 vernoemd naar­ National Geographic door een ontdekkingsreiziger die financieel werd gesteund door de Society. Watervallen storten er van basaltrotsen, elzenbossen strekken zich uit tot aan de waterlijn.

Het weer klaart op en in zodiacs, opblaasbare rubberboten varen we naar een drooggevallen plaat aan een rivierdelta. Het leven volgt hier het ritme van het tij. Bij vloed stijgt het water zo’n zes meter en stromen de rivierarmen vol met zalm.

in het najaar verzamelen de bruine beren zich rond de droogvallende platen bij geographic harbor om op zalm te vissen
ACACIA JOHNSON
In het najaar verzamelen de bruine beren zich rond de droogvallende platen bij Geographic Harbor om op zalm te vissen – een waar spektakel voor bezoekers.

Eerst stapt er een chocoladebruine beer met twee welpen uit het elzenbos. Daarna een slungelige puber, gevolgd door een groot mannetje met een koperkleurige, ruige vacht. Boven ons krijsen meeuwen. Al snel wemelt het er van de dikke, glanzende beren, die met een plons het water induiken om het calorierijkste kostje van het jaar te vangen.

Vijf soorten zalm trekken door de rivieren van ­Katmai, elke soort op een ander moment. En de beren weten exact wanneer. Over een paar uur staat dit hele landschap onder water. Nog even en de beren trekken zich weer terug in hun hol waar ze een winter lang rusten. Drachtige moeders werpen dan in het donker hun jongen.

Wijze lessen van de bruine beer

‘Wat leren mensen van het kijken naar beren?’ vraag ik Bachrach. De afgelopen week zag ik het gedrag van zijn gasten op de boot langzaam veranderen: eerst waren ze terughoudend, toen vervuld van ontzag, vervolgens meer op hun gemak, en uiteindelijk opmerkzaam en bedachtzaam.

‘Ik hoop dat deze ervaring hen zowel inspireert als nederig maakt. Dat het iets in hen aanwakkert wat nog ongetemd is,’ zegt Bachrach. ‘Maar ook dat het ze de waarde van wilde dieren en vrije natuur in ons leven helpt inzien.’

Steun de missie van National Geographic en krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium. Word nu lid!