Elk kind kan je vertellen waar de Kerstman woont – op de Noordpool. Maar zijn reis door de geschiedenis is nog veel langer dan zijn jaarlijkse vlucht rond de wereld in één nacht.
De moderne Kerstman, stamt oorspronkelijk uit het Middellandse-Zeegebied, groeide daarna in Noord-Europa uit tot een folkloristische figuur en nam zijn inmiddels overbekende vorm aan in de Nieuwe Wereld. Wie is deze Kerstman en hoe is hij tot ons gekomen?
Je herkent ’m meteen
Afbeeldingen van Sint-Nicolaas (Sinterklaas), de oorspronkelijke voorvader van de kerstman, zijn zeer verschillend, maar geen ervan lijkt op de dikke oude man met bolle wangen en witte baard die we tegenwoordig als de Kerstman zien rondlopen. Een van de meest fascinerende afbeeldingen van de echte Sint-Nicolaas is niet een creatie van een kunstenaar uit oude tijden, maar het resultaat van een moderne forensische gezichtsreconstructie.
De stoffelijke resten van de Griekse bisschop Nicolaas uit de derde en vierde eeuw na Chr. worden bewaard in het Italiaanse Bari. Toen de crypte onder de Basilica di San Nicola in de jaren vijftig van de vorige eeuw werd gerestaureerd, werden röntgenfoto’s van de schedel en beenderen van de goedheiligman gemaakt en duizenden andere metingen verricht.
Caroline Wilkinson, gezichtsantropologe aan de University of Manchester in Groot-Brittannië, wist met behulp van deze gegevens en moderne software een reconstructie van de lang geleden gestorven bisschop te maken. Wilkinson gaf de voorloper van de Kerstman een menselijk gezicht, maar dan wel met een zwaar gebroken neus, die Sint-Nicolaas mogelijk heeft opgelopen tijdens de vervolging van de christenen onder de Romeinse keizer Diocletianus.
“De legende van deze bisschop is niet meer zo bekend, maar was in de middeleeuwen gemeengoed,” zegt Bowler. Nicolaas kwam een kroeg binnen waarvan de baas kort tevoren drie jongetjes had vermoord. Hij had hun lichamen in stukken gehakt en in de kelder in vaten op zuur gezet. Niet alleen voelde de bisschop aan dat er iets niet in de haak was, maar hij wist de slachtoffertjes ook weer tot leven te brengen. “Het is een van de wonderen die hem tot de beschermheilige van alle kinderen heeft gemaakt.”
Honderden jaren lang – ongeveer tussen 1200 en 1500 – was Sint-Nicolaas dé heilige die geschenken kwam brengen en wiens feest op 6 december werd gevierd. Het uiterlijk van de gestrenge goedheiligman nam daarbij ook trekjes aan van oude Europese godheden, zoals de Romeinse Saturnus of de Noorse Odin, die eveneens met een witte baard waren uitgerust en dankzij hun magische krachten konden vliegen. Ook zorgde Nicolaas ervoor dat kinderen braaf hun gebeden zegden en zich netjes gedroegen.
Maar na de protestantse Reformatie raakten heiligen als Nicolaas in grote delen van Noord-Europa uit de gratie. “Dat was een probleem,” zegt Bowler. “Je bent nog steeds dol op je kinderen, maar wie zal ze nu cadeautjes komen brengen?”
Bowler vertelde dat die taak nu in veel gevallen werd overgenomen door het kindje Jezus en dat de feestdag van Sinterklaas werd verplaatst van 6 december naar Kerstmis. “Maar het Jezuskind kan natuurlijk maar weinig geschenken dragen en hij was ook niet angstaanjagend genoeg,” zei Bowler. “Dus werd het Christuskind vaak bijgestaan door een helper die de pakjes droeg en stoute kinderen bang maakte, iets wat niet goed zou passen bij het imago van het kindeke Jezus.”
Sommige van deze enge Duitse volksfiguren waren weer gebaseerd op de oude Sint-Nicolaas, die nu niet langer als heilige maar als dreigende helper optrad: als Ru-klaus (‘ruwe Nicolaas’), Aschenklas (‘As-Nicolaas’) en Pelznickel (‘Bont-Nikolaas’). Deze figuren zagen er streng op toe dat kinderen zich braaf gedroegen en straften stoute kinderen met zweepslagen of ontvoering. Hoewel de kleurrijke types weinig gelijkenis vertoonden met de vriendelijke dikke man in het rode pak, zouden ze later toch een rol spelen in de ontwikkeling van de Kerstman.
Een Amerikaanse sinterklaas
In Nederland weigerden kinderen en gezinnen hardnekkig om de oude Sint-Nicolaas als brenger van geschenken op te geven. Zij brachten hun ‘Sinterklaas’ mee naar de kolonies van de Nieuwe Wereld, waar ook de Duitse volksverhalen over harige en enge cadeautjesbrengers bleven voortleven.
Maar in het koloniale Amerika leek Kerstmis maar weinig op ons moderne feest en werd in New England zelden gevierd. Elders leek het feest nog altijd op de heidense Saturnalia, die ooit rond deze tijd werden gevierd. “Kerstmis was een soort woeste en plaatselijke braderie in de openlucht, met veel alcohol en vechtpartijen,” zei Bowler. “Dat was ook in Engeland de gewoonte, en er was geen magische figuur die geschenken kwam brengen.”
Maar aan het begin van de negentiende eeuw veranderde dat alles, dankzij een hele reeks dichters en schrijvers die van Kerstmis weer een familieaangelegenheid wilden maken. En dat deden ze door de oude Sint-Nicolaas nieuw leven in te blazen.
Eerst werd in 1809 in het boek Knickerbocker’s History of New York van Washington Irving een pijp rokende Nicolaas opgevoerd, die in een vliegende koets over de daken vloog en daarbij zoete kinderen cadeautjes bracht, en stoute kinderen de roe.
In 1821 werd het moderne beeld van de Kerstman verder gevormd door het anonieme geïllustreerde gedicht ‘De Kindervriend’, waarin Sint-Nicolaas met Kerstmis werd verbonden. “Hier zien we eindelijk een moderne Kerstman opduiken,” zegt Bowler. “Ze hebben Sint-Nicolaas als uitgangspunt genomen, de magische man die geschenken komt brengen, hebben hem van alle religieuze kenmerken ontdaan en deze Kerstman in de bontjas van die harige Duitse helpers gestoken.”
De volksfiguur bracht cadeautjes mee voor brave jongens en meisjes, maar hij had ook een roede van berkenhout bij zich die, zo staat in het gedicht geschreven, “de ouderhand zal leiden in ’t gebruik, indien de deugd de zoon niet kan verblijden.” De smalle koets van de kerstman werd getrokken door één enkel rendier, maar zowel de koetsier als het span zouden in het jaar daarna een geheel nieuwe vorm aannemen.
In 1822 schreef Clement Clarke Moore voor zijn zes kinderen het gedicht A Visit From St. Nicholas (ook bekend als ‘The Night Before Christmas’, naar de eerste regel), zonder dat hij de bedoeling had een bijdrage te leveren aan het opkomende fenomeen van de Kerstman. Het gedicht werd een jaar later anoniem gepubliceerd en de corpulente en opgewekte Kerstman die in het werk wordt beschreven, rijdt in een arrenslee rond die door acht rendieren wordt getrokken.
“Het was een waanzinnig succes,” zegt Bowler. Maar hoe populair het gedicht ook was, het liet veel aspecten van de Kerstman nog over aan de fantasie van de lezer. De Kerstman werd gedurende de negentiende eeuw dan ook zeer verschillend uitgebeeld, van minuscuul tot enorm groot, in outfits van verschillende kleuren en in een variatie van vermommingen. “Ik heb een prachtige illustratie van hem waarop hij als twee druppels water lijkt op George Washington die op een bezemsteel rondvliegt,” zegt Bowler.
Volgens Bowler ontstond pas aan het einde van de negentiende eeuw het standaardbeeld van de volwassen persoon in het rode pak, met zomen van wit bont, die vanaf zijn basis op de Noordpool in een rendierslee over de hele wereld vliegt en in de gaten houdt of kinderen zich goed hebben gedragen.
Het vrolijke, bolle opagezicht van deze Santa was grotendeels het werk van Thomas Nast, een van de grootste politieke cartoonisten van de VS in de gouden tijd van de politieke spotprent. “Maar Nast tekende hem als iemand die half zo groot was als een volwassene,” vertelt Bowler, “en naar mijn gevoel in een nogal ongepaste onderbroek met lange pijpen.”
Nadat het beeld van de Noord-Amerikaanse Santa Claus eenmaal was ingeburgerd, reisde hij – in een omkering van de geschiedenis – terug naar Europa, waar hij de enge helpers met hun geschenken en roeden verdrong en plaatselijke namen aannam, van ‘Père Noël’ in Frankrijk tot ‘Father Christmas’ in Groot-Brittannië en de Kerstman in Nederland en Vlaanderen. “De Kerstman heeft die angstaanjagende volksfiguren uit de sprookjes van Grimm, die nog uit de late middeleeuwen stamden, eigenhandig getemd,” aldus Bowler.
Niet iedereen wil de kerstman
Hoewel hij het ongetwijfeld niet zo heeft bedoeld, heeft Santa Claus de nodige ophef veroorzaakt en doet dat nog steeds.
In Rusland schoot de Kerstman dictator Jozef Stalin in het verkeerde keelgat. Vóór de Russische Revolutie was ‘Grootvadertje Vorst’ (Ded Moroz) in Rusland de favoriete kerstfiguur: een man die kenmerken vertoonde van de oude voorlopers van de Kerstman, zoals de Nederlandse Sinterklaas. “Toen de Sovjet-Unie werd gevormd, schaften de communisten het Kerstfeest af, en ook de brengers van geschenken,” vertelt Bowler.
“Maar in de aanloop naar de Tweede Wereldoorlog, toen Stalin meer steun onder de bevolking wilde opbouwen, stond hij toe dat Grootvadertje Vorst weer van stal werd gehaald, als een man die niet tijdens de Kerst maar rond Oud en Nieuw geschenken komt brengen,” legt Bowler uit. Pogingen om Kerstmis in Rusland te vervangen zouden uiteindelijk geen succes hebben. Ook het streven van de Sovjets om in Oost-Europa de seculiere Grootvadertje Vorst in omloop te brengen – in een blauwe mantel, om elke verwarring met de Kerstman te vermijden – liep op niets uit.
“Overal waar ze na de Tweede Wereldoorlog kwamen, probeerden de Sovjets de plaatselijke brengers van cadeautjes te vervangen, bijvoorbeeld in Polen of Bulgarije,” legt Bowler uit. “Maar de bevolkingen in deze landen moesten er niets van hebben, en toen de Sovjet-Unie in 1989 instortte, keerden ze gewoon terug naar hun oude gebruiken.”
In de hele wereld is de Kerstman ook nu nog een volksfiguur die soms controverses oproept. In de jaren direct na de Tweede Wereldoorlog verspreidden Amerikaanse troepen hun versie van de Kerstman overal ter wereld, en de goedlachse man werd vrijwel overal welkom geheten als een symbool van Amerikaanse hulpvaardigheid bij de wederopbouw van talloze door de oorlog verwoeste landen, vertelt Bowler.
Maar in veel landen staat de Kerstman tegenwoordig op de lijst van ongewenste personen, hetzij omdat hij als symbool van de commercie rond het Kerstfeest wordt gezien en afleidt van de christelijke boodschap, hetzij omdat hij simpelweg niet geworteld is in de plaatselijke cultuur. “In landen als Tsjechië, Nederland en Oostenrijk en in regio’s als Latijns-Amerika leven er grote bezwaren tegen de figuur van de Kerstman, omdat ze daar hun eigen christelijke brenger van geschenken in ere proberen te houden en die tegen de oprukkende Kerstman willen beschermen,” zei hij.
Deze pogingen zullen waarschijnlijk de interesse in de moderne Kerstman niet tegenhouden, maar de actievoerders zullen de Kerstman tijdens zijn drukke Kerstavond in elk geval kostbare tijd besparen, want hij kan enkele tussenstops voor het afleveren van geschenken overslaan...