De Reformatie was een kerkhervorming in de zestiende eeuw die tot doel had om verandering teweeg te brengen in de rooms-katholieke kerk. De gevolgen zouden echter veel groter zijn. Een groep christenen splitste zich af van de katholieke kerk tot een nieuwe beweging: de protestantse kerk. Deze kerksplitsing kwam niet zomaar uit de lucht vallen. Wat was er aan de hand?

Wat was de Reformatie?

Wat is de Reformatie? De term komt van het Latijnse woord reformatio, wat ‘hervorming’ betekent. De reformatoren wilden de bestaande roomst-katholieke kerk hervormen, omdat er binnen de kerk al eeuwenlang misstanden bestonden.

Zo hadden geestelijken veel macht, en er heerste op grote schaal corruptie. Bovendien profiteerde maar een heel kleine groep mensen van de enorme inkomsten die de kerk binnenhaalde. Zo maakten geestelijken misbruik van de aflaathandel, een systeem waarbij mensen dachten hun zonden te kunnen afkopen.

Ook verdeelden ze onderling ambten, een handel die simonie wordt genoemd, en was er onderling veelvuldig sprake van seksuele relaties – ondanks het verbod van het celibaat.

De invloed van het humanisme

De toenemende kritiek op de rooms-katholieke kerk werd extra aangewakkerd door de opkomst van een nieuwe stroming: het humanisme. Zo leidde het humanisme vanaf de veertiende eeuw tot een vernieuwde belangstelling voor klassieke teksten en het bestuderen ervan.

Humanisten als Desiderius Erasmus bestudeerden Bijbelteksten en ontdekten vertaalfouten. Bovendien stelden ze aan de kaak dat sommige katholieke praktijken, zoals het aflaatsysteem, helemaal niet in de Bijbel aan bod kwamen.

Met de opkomst van het humanisme veranderde de manier waarop men naar het geloof keek. In tegenstelling tot de katholieke kerk, waarvan de hiërarchische leer was gestoeld op het belang van het collectief, bracht het humanisme het individu voor het voetlicht.

Leestip: De jacht op een weerwolf: het weerzinwekkende verhaal van Peter Stumpp

Humanisten vonden het belangrijk dat mensen een directe relatie hadden met God, zonder tussenkomst van geestelijken. Zo moesten mensen zelf om vergeving vragen door te bidden tot God, in plaats van te biechten bij een priester. Daarnaast moedigden ze aan om zelf de Bijbel te lezen.

Andere oorzaken van de Reformatie

De pestepidemieën in de veertiende eeuw bleken een extra katalysator voor de groeiende onvrede. Het werd de kerkgangers pijnlijk duidelijk dat zelfs geestelijken de ziekte niet konden stoppen en net als het volk ook ziek werden.

Leestip: Waarom droegen artsen vogelmaskers tijdens pestuitbraken?

Tot slot konden de ideeën van de hervormers razendsnel worden verspreid door de uitvinding van de boekdrukkunst. Het gevolg was dat steeds meer mensen in opstand kwamen tegen de rooms-katholieke kerk.

Wanneer vond de Reformatie plaats?

Hoewel er al sinds de twaalfde eeuw groeperingen waren die de kerk van binnenuit wilden hervormen, wordt het startpunt van de Reformatie vaak gedateerd op 31 oktober 1517. Op die datum publiceerde Maarten Luther zijn 95 stellingen en spijkerde deze op de voordeur van de Slotkerk in Wittenberg – hoewel er geen bewijs is of hij dat laatste daadwerkelijk heeft gedaan.

reformatie
95Thesen.jpg / Wikimedia Commons
De 95 stellingen van Maarten Luther.

Maarten Luther had onder meer kritiek op de handel in aflaten en het kwijtschelden van zonden. Hij was een van de belangrijkste aanjagers van de Reformatie, maar ook Johannes Calvijn, Huldrych Zwingli en John Knox speelden een belangrijke rol. Hun ideeën verspreidden zich als een lopend vuurtje door Europa en leidden tot de opkomst van het protestantisme.

De gevolgen van de Reformatie

Pas in de zestiende eeuw vonden ingrijpende veranderingen plaats, maar dit ging niet zonder slag of stoot. Luther en andere protestantse grondleggers kregen steeds meer aanhangers.

In 1566 kwam de onvrede met de Beeldenstorm tot een hoogtepunt, waarbij door heel Europa katholieke heiligenbeelden werden vernield. Deze opstanden leidden uiteindelijk tot de kerksplitsing in het rooms-katholicisme en het protestantisme.

Het inperken van de macht en invloed van de katholieke kerk ging gepaard met een heftige geloofsstrijd in grote delen van Europa; de Reformatie dreef bijvoorbeeld ook een wig tussen de katholieke Spaanse koning Filips II en Willem Van Oranje, met de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) tot gevolg.

Een mijlpaal in de Reformatie

De kerksplitsing kreeg uiteindelijk voet aan de grond in heel het Heilige Roomse Rijk. Uiteindelijk besloot de katholieke keizer Karel V, die aan de macht was in grote delen van Europa, dat het genoeg was geweest: er moest godsdienstvrede komen.

In 1555 werd de Vrede van Augsburg gesloten, onder het motto cuius regio, eius religio (‘wie het gebied bestuurt, bepaalt ook de godsdienst’). Elke vorst mocht zelf bepalen welke godsdienst in zijn gebied zou worden aangehangen, en de burgers moesten zich daaraan onderwerpen.

Deze vrede hield echter niet lang stand. In 1618 ontbrandde de strijd weer, met de Dertigjarige Oorlog. Pas in 1648, toen de Vrede van Westfalen werd getekend, kwam er definitief een einde aan de Dertigjarige Oorlog en Tachtigjarige Oorlog.

Steun de missie van National Geographic en krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium. Word nu lid!