Op sociale media wemelt het van de theorieën die beweren dat niets is wat het lijkt. Van vaccins met computerchips tot vliegtuigen die het weer zouden manipuleren. Waarom blijven zulke opvattingen zo hardnekkig terugkomen? En waarom geloven we erin?
De verleiding van complotten
Volgens deskundigen hechten de meeste mensen niet al te veel waarde aan onwaarheden. Maar wanneer desinformatie een eenvoudige verklaring biedt voor gebeurtenissen die anders toevallig lijken, zijn mensen sneller geneigd die te geloven.
‘Dat soort informatie geeft veel mensen weer een gevoel van controle,’ zegt Sander van der Linden, sociaal psycholoog aan de University of Cambridge in Groot-Brittannië. In tijden van onzekerheid, zoals tijdens een pandemie of politieke onrust, kunnen zulke verklaringen houvast bieden.
Leestip: Wat we wel (en niet) weten over het supergeheime Area 51
‘Vooral bezorgde mensen grijpen vaker terug op cognitieve sluiproutes: onbewuste vuistregels om de wereld om zich heen te begrijpen,’ zegt sociaal en politiek psycholoog Marta Marchlewska van de Poolse Academie van Wetenschappen. ‘Deze sluiproutes geven hen duidelijke richtlijnen over wat ze wél en niet moeten geloven.’
Ook speelt herhaling een belangrijke rol. Volgens Van der Linden zijn mensen sneller geneigd om desinformatie te geloven wanneer ze die vaker horen, zoals beschuldigingen van verkiezingsfraude of de stelling dat COVID-19 niet gevaarlijker is dan een gewone griep. ‘Het brein verwart herhaalde boodschappen met de waarheid,’ zegt hij.
Collectief narcisme
Een andere factor die mensen vatbaarder kan maken voor complottheorieën is ‘collectief narcisme’: het idee dat de eigen groep belangrijker is dan andere. Uit onderzoek van Agnieszka Marchlewska blijkt dat mensen met zulke overtuigingen vaker op zoek gaan naar ingebeelde vijanden en sneller theorieën aannemen waarin deze tegenstanders de schuld krijgen.
‘Die neiging is vooral sterk wanneer narcistisch aangelegde mensen falen, of wanneer leden van hun groep falen,’ zegt Marchlewska. ‘Voor sommige mensen zijn complottheorieën een manier om met psychologische dreiging om te gaan.’ Zo gelooft zij dat de bestorming van het Capitool in Washington D.C. in 2021 daar deels uit voortkwam.
Een evolutionaire ontwikkeling
Vanuit evolutionair perspectief is het niet vreemd dat we de standpunten van onze eigen groep verdedigen. Door de geschiedenis heen leefden mensen in groepen die met elkaar concurreerden. Uit onderzoek blijkt dat onze hersenen daardoor zo zijn gevormd dat we waakzaam zijn voor buitenstaanders en loyaal blijven aan groepsgenoten.
Leestip: Maakt religie gelukkig? Zo luidt het oordeel van de wetenschap
‘Het is verleidelijk om complotdenken te zien als een psychologische afwijking – dat er iets mis is met die mensen,’ zegt Peter Ditto, sociaal psycholoog aan de University of California (VS). ‘Maar je sociale omgeving speelt een grote rol. Als je toevallig deel uitmaakt van een groep die sterk in iets gelooft, kan dat je overtuigingen enorm beïnvloeden.’
Hardnekkige ideeën
Zodra mensen ergens in geloven, is het moeilijk om hen op andere gedachten te brengen. Politicoloog Emily Thorson van Syracuse University (VS) noemt dat ‘belief echoes’: een emotionele reactie op informatie die blijft hangen, zelfs als we weten dat het niet klopt.
‘Mensen voelen zich vaak ongemakkelijk als ze iets niet weten en denken dat ze overal een mening over moeten hebben – ook als ze er eigenlijk te weinig van afweten,’ zegt Joseph A. Vitriol, sociaal en politiek psycholoog aan de Stony Brook University in New York (VS).
Leestip: We vertrouwen blind op technologie. Deze wetenschapper legt uit wat je daartegen kunt doen
‘Om te voorkomen dat mensen vasthouden aan onwaarheden, moeten we de gedachte bevorderen dat het logisch is om van mening te veranderen als er nieuwe informatie beschikbaar komt,’ voegt hij toe. ‘Het zou goed zijn voor de samenleving als mensen begrijpen dat het niet erg is om het af en toe mis te hebben.’
Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium én steun de missie van National Geographic. Word nu lid!