Ruim tien jaar na de zeer zware aardbeving die Haïti in 2010 verwoestte, heeft de complexe geologie van het land opnieuw tot een reeks dodelijke onderaardse schokken geleid. In de vroege ochtend van 14 augustus werd Haïti opgeschrikt door een aardbeving met een kracht van 7,2, zo’n 74 kilometer ten westen van de plek waar de aardbeving van 2010 plaatsvond.

Beide aardschokken passen in Haïti’s lange geschiedenis van seismische rampen, die het gevolg zijn van de ligging van het staatje op de noordgrens van de langzaam verschuivende Caraïbische Plaat. Door de verschuiving worden enorme spanningen opgebouwd in een netwerk van onderaardse breuken, dat zich uitstrekt over het hele eiland Hispaniola, waar Haïti deel van uitmaakt. Op gezette tijden komen de opgebouwde spanningen tot ontlading in de vorm van zware aardschokken.

Hoewel de bevingen in de regio niet tot de zwaarste ter wereld behoren, is hun uitwerking vaak vele malen verwoestender omdat in Haïti veel gebouwen van beton en baksteen niet tegen aardbevingen bestand zijn.

De volle omvang van de ramp van afgelopen weekend is nog niet duidelijk, maar de beving heeft waarschijnlijk vooral mensen getroffen die al met talloze andere problemen worden geconfronteerd. Het land is nog altijd bezig zich te herstellen van de zware aardbeving van 2010, die niet ver van de hoofdstad Port-au-Prince plaatsvond en daar talloze gebouwen deed instorten. Meer dan 200.000 inwoners van de stad kwamen om het leven. Het zal tijd kosten voordat het dodental van de recente aardbeving is vastgesteld, maar de volgens de US Geological Survey kan het aantal doden in de duizenden lopen.

Lees ook: In beeld: vuil karweitje op Haïti

De schok werd vooral gevoeld in de steden Les Cayes en Jeremie – waar men nog bezig is aan de wederopbouw na hurricane Matthew in 2016. Die storm trof het gebied met windstoten van meer dan tweehonderd kilometer per uur, zware overstromingen en enorme hoeveelheden regen. De aardschok van het afgelopen weekend treft ook een land dat nog maar amper is bekomen van de moord op president Jovenel Moïse, op 7 juli.

“Ze krijgen gewoon de ene na de andere ramp voor de kiezen,” zegt Susan Hough, geofysica bij de US Geological Survey.

Verschuivende platen

Het eiland Hispaniola, dat bestaat uit de staten Haïti en de Dominicaanse Republiek, ligt op de noordgrens van de Caraïbische Plaat, die wordt omringd door een groot aantal andere platen. Door de onderlinge verschuivingen tussen de Noord-Amerikaanse Plaat, de Cocosplaat, de Zuid-Amerikaanse Plaat en de Nazcaplaat wordt de Caraïbische Plaat van alle kanten door tektonische krachten belaagd.

De belangrijkste breuklijn die de aardkorst van Haïti geregeld doet trillen, ligt pal ten noorden van het eiland Hispaniola, waar de Caraïbische Plaat in een tempo van ongeveer twee centimeter per jaar oostwaarts kruipt ten opzichte van de Noord-Amerikaanse Plaat. Maar de grens tussen deze beide platen bestaat niet uit één enkele breuk.

Terwijl de platen langs elkaar schuiven ontstaan er langs de hele breuklijn diepe onderaardse scheuren. Zowel de schok van 2010 als de beving van het afgelopen weekend (en talloze eerdere aardschokken) vond plaats binnen één en hetzelfde netwerk van breuken dat bekendstaat als de Enriquillo-Plantain Garden-breukzone.

Lees ook: Waarom Puerto Rico door zoveel aardschokken wordt getroffen

Wetenschappers denken dat de recente beving waarschijnlijk in verband staat met de ramp van 2010. “Bij een aardbeving wordt opgebouwde spanning ontladen, maar bij zo’n schok krijgen naburige breuken ook een zetje, waardoor het waarschijnlijker wordt dat op die breukvlakken nieuwe aardschokken plaatsvinden,” legt Hough uit.

Uit geologische analyses van het gebied na de aardschok van 2010 is gebleken dat verschuivingen in de aardkorst hebben geleid tot een oostwaartse opbouw van spanningen, richting Port-au-Prince, en een westwaartse opbouw, richting het epicentrum van de nieuwe aardschok met een kracht van 7,2, aldus Newdeskarl Saint Fleur, een geofysicus aan de Université d’État d’Haïti die momenteel in Parijs woont en hoofdauteur is van een studie uit 2015 waarin deze opbouw van spanningen in een computermodel werd gesimuleerd. Volgens Hough is een soortgelijke opbouw langs de breukzone al in de achttiende eeuw geconstateerd, toen Haïti door een reeks aardbevingen werd getroffen: in 1701, 1751 en 1770.

Spanningen in het gesteente worden vooral opgebouwd in gebieden waar breuken van richting veranderen, zegt Saint Fleur, en de aardschok van het afgelopen weekend lijkt zich op een van die plekken te hebben voorgedaan. Het epicentrum ligt vlak bij de plek van de aardschok van 1770, die met een achteraf geschatte kracht van 7,5 de zwaarste beving was die ooit binnen deze breukzone heeft plaatsgevonden.

Maar zelfs met deze informatie is het volgens Hough onmogelijk om aardbevingen te voorspellen. “We kunnen achteraf patronen vaststellen en dan zeggen: oké, hier zien we een domino-effect,” zegt zij. Maar “het is absoluut onmogelijk om te voorspellen welk dominosteentje als volgende zal omvallen.”

Land onder druk

Hoewel de regio een lange geschiedenis van seismische rampen kent, zijn de recente bevingen in Haïti niet zo zwaar als de aardschokken die optreden in gebieden waar een tektonische plaat onder een andere plaat schuift, in zogenaamde subductiezones. Onlangs nog vond in zo’n zone een beving met een kracht van 8,2 plaats, voor de kust van het Alaska-schiereiland.

Lees ook: Recente aardbeving in Alaska was zwaarste in VS in meer dan vijftig jaar

Maar het Alaska-schiereiland is zeer dunbevolkt, zodat deze aardbeving amper schade aanrichtte. De verwoestende gevolgen van aardbevingen in Haïti zijn eerder te wijten aan de bouwwerken die op het aardoppervlak zijn opgericht dan aan de onderaardse trillingen zelf. Haïti kent een lange geschiedenis van externe uitbuiting, die begon na de ontdekking van Hispaniola door Columbus in 1492, toen de plaatselijke indianen tot slaven werden gemaakt. En binnen Haïti zelf heeft de voortdurende politieke onrust het land tot het armste van Latijns-Amerika gemaakt.

De onrust en armoede is af te lezen aan de onderontwikkelde infrastructuur van Haïti, die wordt gekenmerkt door gebrekkige bouwvoorschriften en het gebruik van inferieur bouwmateriaal. Veel gebouwen zijn van beton, dat weliswaar goedkoop is en in de vorm van muren en daken zware windstoten kan weerstaan, zegt Hough. Maar veel van dat beton is niet gewapend, waardoor het bij een aardbeving snel verbrokkelt. Hoewel er in Haïti na de verwoesting van 2010 enkele gebouwen met het oog op toekomstige aardbevingen zijn opgericht, wordt de wederopbouw als gevolg van corruptie en politieke onrust sterk ondermijnd.

“De manier waarop in Haïti wordt gebouwd, is een perfect storm van ongelukkige factoren,” zegt Hough. “Het is precies wat je niet wilt in een aardbevingsgebied.”

Niettemin blijkt uit computermodellen van de US Geological Survey dat aardverschuivingen mogelijk veel schade hebben aangericht, waarbij gebouwen omver zijn geduwd, wegen zijn geblokkeerd en de toegang voor reddingswerkers is afgesneden. Niettemin blijkt uit computermodellen van de US Geological Survey dat aardverschuivingen mogelijk veel schade hebben aangericht, waarbij gebouwen omver zijn geduwd, wegen zijn geblokkeerd en de toegang voor reddingswerkers is afgesneden.

De regio zal zeker nog door naschokken worden getroffen, en wetenschappers zullen de opeenvolging van die schokken nauwlettend in de gaten houden. Na de aardbeving van 2010 maakte Hough deel uit van een team van wetenschappers dat naar Haïti afreisde om er seismometers te installeren. In de jaren erna keerde ze meermalen naar het land terug om het seismische netwerk te helpen opbouwen. Inmiddels zoekt ze uit “wat we kunnen doen om dit kersverse netwerk verder op te zetten en deze gemeenschap te ondersteunen.”