Tijdens de hittegolf die het Noordpoolgebied van Rusland al maanden teistert, steeg de temperatuur in het plaatsje Verchojansk, ten noorden van de Poolcirkel, vorige zaterdag (20 juni, officieel de eerste dag van de zomer op het noordelijk halfrond) tot 38 graden Celsius. De recordtemperatuur is volgens wetenschappers een voorbode van een snel opwarmende aarde en een Noordpoolgebied met een steeds warmere toekomst.
“Al lange tijd zeggen we dat we vaker met extreme weersomstandigheden te maken zullen krijgen, waaronder zware hittegolven,” zegt Ruth Mottram, klimaatwetenschapper van het Deens Meteorologisch Instituut. “Het is alsof de voorspellingen uitkomen, maar dan wat vroeger dan we hadden verwacht.”
Het record van vorige zaterdag was niet zomaar een gril van het weer voordat de normale zomer in het Russische Noordpoolgebied wordt hervat. Die 38 graden was de warmste temperatuur die ooit is geregistreerd in het stadje, waar dit soort metingen sinds 1885 worden verricht.
Arctische klimaatverandering
Hete zomerdagen komen wel vaker voor in het Noordpoolgebied. Door de invloed van de zee liggen de temperaturen aan de kust doorgaans wat lager, maar in het binnenland kunnen ze soms omhoog schieten. De eerste keer dat een temperatuur van 100 graden Fahrenheit (37,7 graden Celsius) ten noorden van de Poolcirkel werd gemeten, was in 1915 in Fort Yukon, Alaska; in Verchojansk werd het in 1988 al eens 37,3 graden Celsius.
“In deze tijd van het jaar, rond de zomerzonnewende, is het hier 24 uur licht,” zegt Walt Meier, klimaatwetenschapper van het National Snow and Ice Data Center (NSIDC). “Dat betekent dat er heel veel zonne-energie op de aarde straalt. Dus op deze noorderbreedten – 80, 90 graden NB – is dat niet ongekend.”
Maar volgens hem doet de klimaatverandering “de dobbelsteen naar één kant overhellen” als het gaat om de kans op extreme temperaturen, zoals die van vorige week. Het Noordpoolgebied warmt bijna tweemaal zo snel op als de rest van de planeet: de gemiddelde temperatuur in de regio is in de afgelopen honderd jaar met twee à drie graden Celsius gestegen. En daarvan is 0,75°C in de laatste tien jaar opgetreden.
Dat betekent dat wanneer de regio wordt getroffen door een (normale) hittegolf, de temperaturen extra hoog liggen door de opwarming van de aarde. Dus niet alleen de gemiddelde zomertemperaturen stijgen, ook de extreme temperaturen.
De superwarme dagen van deze maand komen voort uit een krachtige mix van factoren. Zoals gezegd lagen de uitgangstemperaturen als gevolg van de klimaatverandering al hoger. Bovendien beleeft het westen van Siberië een van zijn warmste voorjaren ooit, zo blijkt uit gegevens van de Copernicus Climate Change Servicevan de Europese Unie. Sinds december ligt de gemiddelde luchttemperatuur in de regio bijna zes graden Celsius boven het langjarig gemiddelde van 1979 tot 2019. En die temperatuur ligt vermoedelijk ook ruim boven de gemiddelde halfjaartemperatuur sinds 1880. In mei lag de gemiddelde luchttemperatuur zo’n tien graden Celsius boven het langjarig gemiddelde in mei, van 1°C. Zo’n extreem hoge temperatuur zou eigenlijk niet vaker dan eens in de 100.000 jaarmogen voorkomen, ware het niet dat de activiteiten van de mensen de daaruit voortvloeiende klimaatverandering een spaak in het wiel van het klimaatsysteem hebben gestoken.
“Het is gewoon bizar om te zien dat het in heel Siberië al zó lang zó warm is: in januari, in februari, in maart en in april,” zegt Ivana Cvijanovic, klimaatwetenschapper van het Barcelona Supercomputing Center. “Het patroon is echt opmerkelijk.”
De warme winter en het hete voorjaar betekenen dat de sneeuw die dit gebied normaliter bedekt, ongeveer een maand eerder is gesmolten. De blinkend witte sneeuw speelt een doorslaggevende rol in de afkoeling van het Noordpoolgebied, door zonnestraling terug de kaatsen naar de ruimte. Toen de sneeuw eenmaal was gesmolten, nam de donkere aarde en de vegetatie al die warmte op in plaats dat ze die weerkaatsten.
Ook de weersomstandigheden spelen een rol. Boven het westen van Siberië hangt een groot en hardnekkig hogedrukgebied. In zulke omstandigheden is de hemel vaak geheel onbewolkt, waardoor de warmte van de zon ongehinderd op de al opgewarmde Siberische bodem kan schijnen.
“Het systeem blijft daar gewoon hangen, als een oven boven het gebied. Hoe langer het daar blijft, des te meer het gebied opwarmt,” zegt Meier.
In de afgelopen jaren zijn de gevolgen van dit soort onbeweeglijke hogedruksystemen en de daarmee gepaard gaande hittegolven steeds duidelijker geworden.In 2012 warmde 97 procent van de Groenlandse ijskap zó sterk op dat het ijs feitelijk in drassige sneeuw veranderde. In 2016 was het op het Noorse Spitsbergen, in het Noordpoolgebied, zó warm dat er gedurende een deel van de winter regen in plaats van sneeuw viel. Vorige zomer kregen de randen van de Groenlandse ijskap te maken met soms wel drie extra maanden waarin de temperaturen boven het vriespunt kwamen, waardoor zich bovenop de ijskap blauwe meren vormden en rivieren van smeltwater in zee stortten. Tijdens een hittegolf die wekenlang boven Groenland bleef hangen, braken er branden uit in de schaarse bossen langs de kusten van het eiland.
Er is een levendig wetenschappelijk debat gaande over de vraag of dit soort hittegolven op hoge breedten als gevolg van de klimaatverandering steeds langer aanhouden of vaker voorkomen dan in het verleden. Waar iedereen het over eens is, is dat het Noordpoolgebied in de toekomst vaker door extreem weer zal worden getroffen. De stijging van de gemiddelde wintertemperatuur in het Noordpoolgebied is al groter dan de limiet van twee graden Celsius die in het Akkoord van Parijs is vastgelegd; en volgens de voorspellingen zal de gemiddelde jaartemperatuur in het gebied al binnen enkele tientallen jaren die limiet overschrijden.
“In een extreem scenario voor de opwarming van de aarde verwachten we dat zulke weersepisoden zich rond het jaar 2100 elk jaar zullen voordoen,” zegt Robert Rohde, klimaatwetenschapper bij Berkeley Earth.
Soortgelijke patronen zijn ook op de Zuidpool te herkennen. Op het Antarctisch Schiereiland werd in januari (wanneer het daar zomer is) een temperatuur van 18,3°C gemeten.
‘Polaire versterking’ en de mens
De oorzaak dat beide polen sneller opwarmen dan de rest van de aarde, is een fenomeen dat ‘polaire versterking’ wordt genoemd. Het pakijs waarmee een groot deel van de Noordelijke IJszee is bedekt, vormt een immense witte ijskap in het uiterste noorden van de planeet. En net als de sneeuw die in Siberië de straling van de zon weerkaatst, reflecteert het pakijs van de Noordpool de warmte van de zon en stuurt het weer de ruimte in.
Maar omdat de aarde opwarmt, drijft er steeds minder pakijs in de Noordelijke IJszee, waardoor het donkere water een grote hoeveelheid warmte absorbeert. In dat warmere zeewater zal zich minder snel pakijs vormen, waardoor de zee nóg meer warmte van de zon opneemt en zo verder – een vicieuze cirkel die zichzelf versterkt.
Het is niet met absolute zekerheid te zeggen dat deze of gene hittegolf zwaarder was vanwege de klimaatverandering. Ook is de langdurige en extreme Siberische hitte nog niet geanalyseerd. Maar tijdens de hittegolf die in de zomer van 2019 tot extreme temperaturen op Groenland en in het noorden van Europa leidde, zagen onderzoekers wel veel aanwijzingen die op de grote rol van menselijke activiteiten wijzen. De kans op een episode als in juni 2019 (waarbij in Frankrijk temperaturen van boven de 45°C werden gemeten) was vijfmaal zo hoog als gevolg van de invloed van de mens. En volgens wetenschappers kon zo’n zestig procent van de extreme hitte die in 2016 in het Noordpoolgebied heerste, worden toegeschreven aan de door mensen veroorzaakte klimaatverandering.
Bosbranden, olievlekken
Het warme weer van dit seizoen heeft gevolgen. Ondergronds wordt het grootste deel van het Russische Noordpoolgebied bedekt met permafrost en worden veengronden die grote hoeveelheden koolstof bevatten, afgedekt door een laag ijs die vrijwel het hele jaar door bevroren blijft. Maar door de hoge luchttemperatuur wordt deze bevroren ondergrond instabiel, wat soms tot onherstelbare schade leidt.
Het is goed mogelijk dat het instorten van een opslagtank met dieselolie in Siberië, in juni, is veroorzaakt door het ontdooien van de ondergrond; bij het ongeluk kwam 20.000 ton brandstof in een naburige rivier terecht. Uit een recent onderzoek komt naar voren dat het hierbij niet om verspreide incidenten gaat: volgens wetenschappers zal rond het jaar 2050 veel van de infrastructuur in het Noordpoolgebied gevaar lopen door de ontdooiende en verzakkende ondergrond. Gebouwen en opslagtanks, olievelden en luchthavens, duizenden kilometers aan pijpleidingen en andere installaties lopen het risico om door het warme weer letterlijk ondermijnd te worden.
Het Russische Noordpoolgebied wordt ook geteisterd door bosbranden. In het veel te warme voorjaar zijn zowel de bodem als de vegetatie uitgedroogd, waardoor er nu bij het minste of geringste bosbranden ontstaan. Volgens de Russische Luchtwoudbescherming stond in juni een oppervlakte van circa 50.000 vierkante kilometer natuurland in brand.
“In Siberië is er heel veel vegetatie en bos,” zegt Meier. “En als het lange tijd erg warm is, droogt dat allemaal uit en wordt het één groot kruitvat.”
Dit artikel werd oorspronkelijk op 23 juni 2020 in het Engels gepubliceerd op NationalGeographic.com