In de zoektocht naar buitenaards leven hebben onderzoekers zich lange tijd gericht op de kleur groen: de kleur die we vaak associëren met het leven op aarde. Uit onderzoek dat in april 2024 werd gepubliceerd in de Monthly Notices of the Royal Astronomical Society blijkt echter dat we onze pijlen beter kunnen richten op de kleur paars.

In de studie namen astronomen van de Amerikaanse Cornell University paarse bacteriën onder de loep, micro-organismen die je op aarde vaak terugvindt op plekken waar maar weinig leven weet te gedijen. De onderzoekers verzamelden en kweekten de bacteriën en maten de golflengten van het licht dat ze reflecteren. De bevindingen kunnen (toekomstige) astronomen mogelijk helpen in de zoektocht naar buitenaardse werelden.

Waarom paars?

Lang voordat de aarde groen kleurde door weelderige bossen en heldergroene algen, waren de omstandigheden voor leven hier allesbehalve ideaal: er was maar weinig zuurstof en de temperaturen waren extreem. Maar juist in deze barre omstandigheden weten organismen als paarse bacteriën goed te overleven.

Want waar fotosynthese bij planten plaatsvindt in de bladgroenkorrels door middel van het pigment chlorofyl, gebruiken paarse bacteriën andere pigmenten (bacteriochlorofyl en carotenoïden). Daarmee kunnen ze fotosynthese uitvoeren op plekken met weinig licht en zuurstof.

Sterker nog: in 2018 stelden wetenschappers dat de aarde zelf vroeger mogelijk paars was. Uit het onderzoek kwam naar voren dat paarse archaea, eencellige micro-organismen die een molecuul genaamd retinal gebruiken voor fotosynthese, onze planeet zouden hebben overspoeld voordat er voldoende zuurstof was.

Tekenen van buitenaards leven

De onderzoekers van Cornell University namen monsters van twintig soorten paarse bacteriën in onder meer moerassen en meren. Ze bestudeerden de golflengten van het licht dat de bacteriën reflecteerden en modelleerden hoe die patronen eruit zouden zien wanneer ze vanaf een verre planeet worden waargenomen.

Wanneer astronomen zoeken naar leven op andere planeten maken ze gebruik van bepaalde markers, die biosignaturen worden genoemd. De kleur van het planeetoppervlak kan zo’n biosignatuur zijn. Maar ‘het type telescopen waarover we nu beschikken, is niet in staat het gereflecteerde licht van het planeetoppervlak te meten’, zegt astronoom Edward Schwieterman, die niet bij de studie betrokken was. Zo kan de James Webb-telescoop alleen biosignaturen detecteren in de atmosfeer van een exoplaneet, om te zien of deze zuurstof, methaan of andere gassen bevat.

‘Het blijft lastig om hetgeen we in het laboratorium bestuderen te vertalen naar astronomische metingen,’ zegt Shiladitya DasSarma, hoofdauteur van de studie. De onderzoekers hopen dat nieuwe telescopen, zoals de Extremely Large Telescope in Chili en de ruimtetelescoop Habitable World Observatory van NASA, beelden zullen maken die deze metingen van het gereflecteerde licht wel mogelijk maken. De verwachting is dat beide telescopen tegen het einde van 2030 operationeel zijn.

Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief van National Geographic en ontvang de favoriete verhalen van de redactie wekelijks in je mail.