Niet ver van de Tigris in het zuidwesten van Turkije ligt het plaatsje Çemka Höyük, dat ‘heuvel bij het water’ betekent. Zo’n 12.000 jaar geleden werd hier een vrouw ter aarde besteld die een wel heel bijzondere functie bekleedde. Maar dat is niet het enige opmerkelijke aan deze vondst: ook de manier waarop ze werd begraven was ongebruikelijk voor de tijd waarin ze leefde.
Ongewoon graf vol dierenbotten
Een team van archeologen van de Mardin Artuklu-universiteit in Turkije deed onderzoek naar het graf van de vrouw en publiceerde de resultaten in juli 2024 in het wetenschappelijk tijdschrift L’Anthropologie. Het graf stamt uit het Prekeramisch Neolithicum A (ook wel Vroeg-Neolithicum genoemd). In deze overgangsfase tussen 10.000 en 8000 v.C. hadden mensen wel al een vaste woonplaats, maar jaagden ze nog altijd op wilde dieren. Aardewerk nog moest worden uitgevonden.
De vrouw lag – net als veel van haar tijdgenoten – begraven onder de vloer van een lemen huis, maar tot verbazing van de archeologen was haar graf afgedekt met een groot kalkstenen blok. Daaronder kwamen nog meer verrassingen tevoorschijn: boven het lichaam van de vrouw lag de schedel van een oeros, aan haar voeten lag zijn kaak. Verspreid door het graf lagen ook andere dierenbotten, zoals de vleugel van een patrijs, het been van een marter en de resten van een schaap of geit. Waarom werd dit gedaan?
Sjamanistische rituelen
Hoofdonderzoeker Ergül Kodaş en zijn collega’s vermoeden dat de vrouw, die tussen 25 en dertig jaar oud was en een natuurlijke dood stierf, een neolithische ‘sjamaan’ was die contact legde met de geesten van mensen die voort zouden leven in dieren. Een andere hypothese is dat de aanwezigheid van dierenbotten en het kalkstenen blok onderdeel waren van andere rituele praktijken, zoals dierenverering of feesten tijdens begrafenissen.
Tekst gaat verder onder de afbeelding.
Archeoloog Bill Finlayson van de University of Oxford, die zich specialiseerde in het Vroeg-Neolithicum en niet betrokken was bij de studie, legt uit dat sommige begrafenissen uit het Vroeg-Neolithicum als ‘sjamanitstisch’ worden beschreven omdat ze overeenkomsten vertonen met de begrafenis van een vrouw in de Hilazon Tachtit-grot in Israël. In haar 12.000 jaar oude graf werden tientallen schilden van schildpadden aangetroffen, een afgehakte mensenvoet, het bekken van een luipaard en de vleugel van een steenarend. Ze werd beschreven als ‘sjamaan’ of ‘tovenaar’.
Leestip: Is deze kalender in het Turkse Göbekli Tepe de oudste ter wereld?
‘In een samenleving waarin werd geëxperimenteerd met nieuwe manieren van leven – denk aan het hoeden van vee en het telen van gewassen – bestond een bepaalde mate van onzekerheid, waardoor sjamanistische rituelen in zwang zouden raken,’ aldus archeoloog Steve Mithen van de University of Reading. Het graf in Çemka Höyük zou een aanwijzing kunnen zijn dat vrouwen hierin een belangrijke rol speelden.
Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief van National Geographic en ontvang de favoriete verhalen van de redactie wekelijks in je mail.






