Deze week staat in het teken van SAIL, en verwelkomt Amsterdam honderden (zeil)schepen. Verschillende historische barken, koggen, schoeners, klippers, brigantijnen en caravela’s zijn te bewonderen, omringd door tal van kleinere schepen. Maar hoe zijn die verschillende soorten schepen ontstaan? En waarvoor dienden ze?

Het oudste schip ter wereld

Het is niet bekend wanneer de mens begon met zeilen, maar het oudst bekende schip vinden we niet ver van huis. In Hoogeveen werd in 1955 een tienduizend jaar oude kano gevonden, gemaakt van een uitgeholde boom.

Onderzoek wijst verder uit dat de Egyptenaren – die veelal aan en rond de Nijl vertoefden – als eersten op grotere schaal boten bouwden. Rond 3000 v.C. begonnen zij met het maken van rieten roeischepen om de Nijl te bevaren.

Het eerste zeilschip

Maar omdat de Nijl van zuid naar noord stroomt, was het vermoedelijk een hele opgave om stroomopwaarts te roeien. De Egyptenaren bedachten daar een oplossing voor: het zeil. Ze bevestigden kleine vierkante zeilen aan hun schepen. Op deze manier konden ze gebruikmaken van de wind, die lokaal van noord naar zuid blies. Een mooi voorbeeld van zo’n zeilschip is het Choefoe-schip, dat dateert uit 2500 v.C. en is vernoemd naar farao Choefoe.

Leestip: Hoe een schipbreuk leidde tot kolonisatie van de kaap

De Feniciërs, Babyloniërs en Chinezen gingen een stap verder plaatsten grote vierkante zeilen op hun schepen. Zij gingen hiermee als eersten de zee op om verre (handels)reizen te maken.

Waar deze handelsschepen voornamelijk door de wind voortbewogen werden, daar werden oorlogsschepen door een combinatie mankracht en wind voortbewogen. Zo werden Griekse, Romeinse en Carthaagse biremen en triremen voortgestuwd door honderden tot slaaf gemaakte roeiers én vierkante zeilen.

Verschillen in Europese schepen

In de tweede eeuw n.C. stapten de Romeinen over op driehoekige zeilen. Deze werden dan ook ‘Romeinse zeilen’ genoemd. Ze waren gemakkelijker te draaien dan vierkante zeilen, waardoor schepen wendbaarder werden.

De Vikingen gebruikten voor hun verre zeereizen echter nog het stuggere vierkante zeil. Wel bouwden ze hun langschepen (drakkar) van hard dennenhout, en bouwden ze deze met een platte bodem, waardoor ze in onbekend gebied ook over rivieren en ondiepe kustwateren konden varen.

een middeleeuwse kog op een gravure uit 1493. de kog is te herkennen aan zijn typerende ronde vorm, zijn verhoogde achtersteven en zijn vierkante zeil.
Print Collector//Getty Images
Een middeleeuwse kog op een gravure uit 1493. De kog heeft een typerende ronde vorm, een verhoogde achtersteven en een vierkant zeil.

In Noord-Europa hield men nog eeuwenlang vast aan het vierkante zeil. Men verhoogde echter wel de stevens en verplaatste het roer van rechtsachter naar het midden van de achtersteven, om zo wendbaarder te zijn. Een goed voorbeeld hiervan zijn de koggen, die door de Hanze als handelsschepen in Noord-Europa werden gebruikt.

Trans-atlantische ontdekkingen en handel

Uiteindelijk kwamen de beste punten van de Noord- en Zuid-Europese scheepsbouw in de vijftiende eeuw samen in de carrack en de caravel. Beide werden gebruikt door Portugese en Spaanse ontdekkingsreizigers als Bartolomeu Dias, Diogo Cão en Christoffel Columbus om nieuwe gebieden te koloniseren.

De caravel was geschikt voor verre reizen, omdat het vaak een combinatie van vierkante en Romeinse zeilen had. Door het vierkante zeil kon het gemakkelijk op snelheid een oceaan oversteken, waar het Romeinse zeil het schip aan de kust wendbaar maakte en in ondiepe water liet varen.

de vloot van columbus nadert de nieuwe wereld, gravure uit 1754. in het midden vaart de carrack santa maria, geflankeerd door de carvelen pinta en niña.
Harold M. Lambert//Getty Images
De vloot van Columbus nadert de Nieuwe Wereld, gravure uit 1754. In het midden vaart de carrack Santa Maria, geflankeerd door de carvelen Pinta en Niña.

De carrack was een kog met drie masten. Dit schip was een maatje groter dan de caravel, omdat het plaats moest bieden aan kanonnen. Het schip werd dan ook vooral voor militaire doelen gebruikt.

Leestip: Waarom werden Britse oorlogsschepen met opvallende strepen beschilderd?

De caravel moest vanaf de zestiende eeuw plaatsmaken voor de schoeners, brigantijnen en klippers. Deze hadden vaak drie, vier of vijf masten en waren getuigd met vierkante of Romeinse zeilen. Ze waren ontworpen voor één taak: snelheid. Ze werden dan ook vaak voor trans-Atlantische handel in thee, goud of slaafgemaakten ingezet. De carrack werd in de loop van de tijd vervangen door grotere oorlogsschepen als fregatten, kruisers en slagschepen.

De opkomst van het stoomschip

In de negentiende eeuw verloor de snelle klipper haar positie aan het opkomende stoomschip. De opening van het Suezkanaal – dat de reis tussen Europa en Azië aanzienlijk verkortte – bleek het einde voor het zeilschip te betekenen. Stoomschepen konden immers nu (nog) sneller door het rechte kanaal varen.

Leestip: De Titanic, het onzinkbare schip dat toch zonk

Tegenwoordig spelen zeilschepen geen rol meer op logistiek of militair gebied. Ze worden vooral als trainings-, sport- en pleziervaartuigen gebruikt. Maar de wind lijkt te draaien voor het zeilschip: er wordt gekeken of het zeilschip als duurzaam alternatief voor containerschepen kan worden ingezet. National Geographic-redacteur Kevin ondervond hoe zeilschepen tussen de Griekse eilanden het logistieke verschil maken.

Meer ontdekken? Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium en steun onze missie. Word vandaag nog lid!