Lang voordat de aarde met satellieten en gps tot in detail in kaart werd gebracht, moesten kaartenmakers vertrouwen op zeelieden en hun verhalen. Soms leidde dat tot vergissingen, of tot pure fantasie. Eeuwenlang stonden op wereldkaarten eilanden ingetekend die nooit hebben bestaan. Zeelieden beweerden ze met eigen ogen te hebben gezien, en cartografen tekenden ze trouw in. Dit zijn zes van die mysterieuze ‘spookeilanden’ die ooit opdoken in atlassen, maar uiteindelijk van de kaart verdwenen.
1. Frisland
Tussen 1560 en 1660 stond het mysterieuze eiland Frisland op vrijwel elke kaart van de Atlantische Oceaan. De eerste vermelding dateert uit 1558, toen de Venetiaanse cartograaf Nicolò Zeno de Jongere aan de door hem gepubliceerde Zeno-kaart’. Hij baseerde zich op de vermeende reizen van zijn voorouders, Nicolò en Antonio Zeno, die rond 1390 door de noordelijke zeeën zouden hebben gevaren. Volgens zijn kaart lag het rotsachtige eiland vlak bij de oostkust van Groenland.
Hoewel cartografen het eiland Frisland eeuwenlang zonder aarzeling op hun kaarten overnamen, bleek later dat het helemaal niet bestond. Hoe de gebroeders Zeno tot het idee kwamen dat er een groot eiland in de Atlantische Oceaan lag, blijft onduidelijk. Historici vermoeden inmiddels dat hun reisverslagen deels – of misschien zelfs volledig – verzonnen waren.
2. Brasil
Vanaf de veertiende eeuw dook het eiland Brasil op op Europese wereldkaarten, meestal ten westen van Ierland. De vroegste vermelding stamt uit 1325, en tot ver in de zeventiende eeuw bleef het spookeiland een vaste waarde in atlassen en zeevaartkaarten.
Waar het idee van Brasil precies vandaan komt, is nog altijd onduidelijk. In de Ierse folklore werd het beschreven als een mythisch eiland dat slechts eens in de zeven jaar één dag zichtbaar werd, wanneer de mist even optrok. Die legende zou de eeuwenlange overtuiging dat het eiland echt bestond hebben gevoed.
Leestip: Deze eilanden bestaan niet meer. Waardoor verdwenen ze?
Een van de bekendste verhalen over Brasil komt van de Schotse zeevaarder John Nisbet, die in 1674 beweerde het eiland te hebben bereikt. Volgens zijn verslag werden hij en zijn bemanning ontvangen door een ‘wijze oude man’ die hen goud en zilver schonk. Nisbet vertelde ook over grote, zwarte konijnen die over het eiland rondhuppelden – en over een tovenaar die er in een stenen kasteel zou wonen.
3. Thule
In oude Griekse en Romeinse geschriften duikt herhaaldelijk een eiland op aan de rand van de bekende wereld: Thule. Het werd voor het eerst beschreven door de Griekse ontdekkingsreiziger Pytheas van Massalia rond 330 v.C. Volgens zijn verslag voer hij zes dagen ten noorden van Groot-Brittannië en bereikte toen een plek die hij Thule noemde: het einde van de wereld.
Wat Pytheas precies zag, blijft tot vandaag onderwerp van debat. Sommigen denken dat hij IJsland bereikte, anderen dat hij het noordelijkste punt van Noorwegen bedoelde. In de eeuwen erna kreeg Ultima Thule, Latijn voor ‘het verste Thule’, een symbolische lading. Op middeleeuwse kaarten stond het niet alleen voor een echt eiland, maar voor alles wat lag ‘voorbij de grenzen van de bekende wereld’.
4. Antillia
Antillia verscheen op Europese kaarten in de vijftiende en zestiende eeuw, ten westen van Portugal en Spanje. Hoewel we nu weten dat het eiland nooit heeft bestaan, geloofde men destijds dat Antillia meerdere bewoonde steden telde. Volgens de legende zouden christelijke vluchtelingen uit het Iberisch Schiereiland er steden hebben gesticht tijdens de Moorse veroveringen.
Wil je niets missen van onze verhalen? Volg National Geographic op Google Discover en zie onze verhalen vaker terug in je Google-feed!
In de zestiende en zeventiende eeuw werd de Atlantische Oceaan steeds beter in kaart gebracht. Spaanse en Portugese reizigers probeerden Antillia te bereiken, maar het eiland bleef onvindbaar. Uiteindelijk verdween het van de kaarten en werd het erkend als spookeiland.
5. Pepys Island
In 1683 voer de Engelse zeevaarder William Ambrose Cowley, in dienst van de Engelse marine, over het zuiden van de Atlantische Oceaan. Volgens zijn verslagen ontdekte hij ten noorden van de Falklandeilanden een nog onontdekt gebied: een eiland met vruchtbare grond, waar zijn bemanning vers water en voedsel kon bijvullen.
Het eiland kreeg de naam Pepys Island, waarschijnlijk naar de Engelse staatsman Samuel Pepys. In de zeventiende en achttiende eeuw stond het nog in enkele atlassen, maar omdat niemand het eiland ooit wist te vinden, verdween het later van de kaart. Tegenwoordig geloven historici dat Pepys Island geen aparte landmassa was, maar waarschijnlijk een verkeerd geïdentificeerde waarneming van de Falklandeilanden.
6. Sandy Island
Het recentste voorbeeld is Sandy Island, dat tot voor kort nog op moderne kaarten stond. Op atlassen en zelfs in Google Earth was het te vinden tussen Australië en Nieuw-Caledonië, als een smalle strook land midden in de Stille Oceaan.
In 2012 besloot een team van Australische wetenschappers, dat het gebied met onderzoeksschepen bezocht, het eiland zelf te controleren. Tot hun verbazing bleek er op de aangegeven coördinaten niets te liggen – alleen open zee.
Het ‘eiland’ bleek te zijn ontstaan door een fout in een oude database die zich vervolgens over de hele wereld had verspreid. Inmiddels is Sandy Island officieel van de kaarten geschrapt, maar het herinnert eraan dat zelfs in het satelliettijdperk de wereldkaart nog altijd ruimte laat voor vergissingen en mythen.
Meer ontdekken? Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium en steun onze missie. Word vandaag nog lid!












