Verzorging, geur en uiterlijk zeggen veel over wie iemand is, of wil zijn. In het Romeinse Rijk was dat niet anders. Wie schoon rook, haarloos was en de juiste verzorging toonde, liet zien tot welke sociale laag hij of zij behoorde. Schoonheid was er geen privézaak, maar een zichtbaar statussymbool.

Waarom uiterlijk in Rome een teken van status was

Hoewel er duidelijke verschillen bestonden tussen de schoonheidsidealen voor mannen en vrouwen, overlapten ze op sommige punten. In de Romeinse samenleving werd veel waarde gehecht aan een aantal gedeelde idealen: een schoon lichaam en een aangename geur waren van groot belang.

Leestip: Kapsels in het Romeinse Rijk: ‘Je kwam zelden vrouwen tegen die hun haar los droegen’

Dat ideaal zien we terug in de vele Romeinse badhuizen die overal in het voormalige rijk zijn opgegraven. Een bezoek aan het badhuis was meer dan wassen alleen: het was een uitgebreid ritueel van zelfverzorging en ontspanning. In plaats van zeep gebruikten Romeinen olie. Door te sporten probeerden ze vuil en zweet los te maken, waarna ze hun huid schoon schraapten met een strigilis, een metalen huidschrabber.

een bronzen strigilis huidschrabber, gevonden bij een romeinse nederzetting in katwijk
Provincie Zuid-Holland
Een bronzen strigilis (huidschrabber), gevonden bij een Romeinse nederzetting in Katwijk.

Wie het badhuis structureel vermeed, gold als ongezond en onbeschaafd. Tegelijkertijd roept deze badcultuur vanuit modern perspectief vragen op. Iedereen baadde in hetzelfde water, vaak zonder het lichaam vooraf volledig schoon te maken. Naar hedendaagse maatstaven waren deze badhuizen waarschijnlijk allesbehalve hygiënisch.

Waarom lichaamshaar ongewenst was in Rome

Een schoon lichaam was pas het begin. Binnen de Romeinse schoonheidsidealen was lichaamshaar ongewenst. Ontharen hoorde bij het dagelijkse verzorgingsritueel, voor zowel mannen als vrouwen.

Er bestonden verschillende methoden om haar weg te halen: harsen met bijenwas, het gebruik van puimsteen om haren weg te schuren, en pincetten om bijvoorbeeld okselhaar te verwijderen. In badhuizen werd dit werk vaak gedaan door een alipilus, een speciaal aangestelde slaaf.

Leestip: Zo zag het dagelijkse leven in een Romeinse stad eruit

Zowel mannen als vrouwen verwijderden okselhaar, al golden er voor mannen duidelijke grenzen. Okselhaar verwijderen was normaal, maar een volledig haarloos lichaam werd juist als onmannelijk beschouwd. Ook hier balanceerden Romeinen voortdurend tussen verzorging en sociale verwachtingen.

Make-up mocht niet opvallen

Na het badderen werd de huid verzorgd met oliën om haar soepel te houden. Olijfolie was het gebruikelijkst, maar ook amandel- en kruidenoliën werden gebruikt. In Romeinse teksten wordt een gladde huid herhaaldelijk gekoppeld aan jeugd en gezondheid. Rimpels en een ruwe huid hoorden bij ouderdom, en die probeerde men zo lang mogelijk te verhullen.

Wil je niets missen van onze verhalen? Volg National Geographic op Google Discover en zie onze verhalen vaker terug in je Google-feed!

Ook make-up speelde een rol. Het ideale gezicht had volgens Romeinse schrijvers een bleke, egale huid met een lichte blos en zonder zichtbare rimpels. Bleekheid gold als teken van elite: wie niet gebruind was, werkte immers niet buiten. Voor mannen lag dat anders. Een te bleke tint werd bij hen juist gezien als ongezond.

Leestip:5 hardnekkige mythen over het Romeinse Rijk ontkracht

Romeinse teksten laten een opvallende dubbelzinnigheid zien in hoe over make-up werd gedacht. Romeinse mannen moedigde vrouwelijke schoonheid aan, maar enkel zolang dit er natuurlijk uitzag. Te opvallende make-up zou volgens sommige schrijvers worden gezien als misleidend, of zelfs manipulatief. Voor vrouwen in Rome betekende dit een voortdurend zoeken naar evenwicht.

Geur als teken van luxe

Ook geur was sterk verbonden met status en luxe. De beste parfums waren duur en bestonden uit exotische ingrediënten als kaneel en saffraan. Wie over zulke zeldzame geuren beschikte, liet zien toegang te hebben tot geld en een wereldwijd handelsnetwerk. Waar make-up een statussymbool was dat je kon zien, was parfum een statussymbool dat je kon ruiken.

Geur speelde bovendien een belangrijke rol in het dagelijks en rituele leven. Parfums en wierook werden gebruikt bij religieuze rituelen en tijdens banketten. Overledenen werden gezalfd en omgeven met aangename geuren. Maar ook hier gold dezelfde spanning als bij andere het aanbrengen van make-up: overmatig gebruik werd niet altijd gewaardeerd. Zoals de Romeinse dichter Martialis het stelde: ‘Wie altijd lekker ruikt, die stinkt.’

Meer ontdekken? Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium en steun onze missie. Word vandaag nog lid!