George Bass, de archeoloog die een baanbrekende rol heeft gespeeld in de ontwikkeling van het relatief nieuwe terrein van de onderwaterarcheologie tot een wetenschappelijke discipline, is op 2 maart 2021 op 88-jarige leeftijd overleden in College Station, Texas.

Tot aan zijn dood was Bass adviseur van het Institute of Nautical Archaeology (INA), dat in 1972 door Bass werd opgericht en inmiddels als ’s werelds meest toonaangevende instelling voor het onderzoek naar scheepswrakken wordt beschouwd. Het instituut is momenteel onderdeel van de Texas A&M University, waar Bass als vooraanstaand emeritus-professor een van de eerste academische curricula voor onderwaterarcheologie opzette.

“De wereld heeft een reus in ons vakgebied verloren en ik ben een geweldige vriend kwijtgeraakt,” zei onderwateronderzoeker Robert Ballard, in het verleden lid van de bestuursraad van het INA, in een verklaring die door de National Geographic Society werd uitgegeven.

"Net zoals archeologen te land"

Bass was in 1960 student in de archeologie aan de University of Pennsylvania toen hem werd gevraagd of hij een oud scheepswrak wilde onderzoeken dat door Turkse sponsduikers was ontdekt bij Kaap Gelidonya, in het zuiden van Turkije. Het 3200 jaar oude scheepswrak, dat grote aantallen baren koper bevatte, werd het eerste dat op wetenschappelijke wijze in kaart werd gebracht en op de zeebodem werd uitgegraven. Destijds was het het oudst bekende scheepswrak in de wereld.

Australische zeeleeuwen spelen in een bed van zeegras bij Hopkins Island in de Spencergolf in ZuidAustrali Deze zeeleeuwen komen alleen voor in Australi en behoren tot de meest bedreigde vinpotige dieren ter wereld

Dat record werd verbroken door het scheepswrak van Uluburun, dat begin jaren tachtig eveneens voor de Zuid-Turkse kust werd ontdekt en opgegraven. Met steun van de National Geographic Society wist het team van Bass een uitzonderlijke schat aan voorwerpen uit het schip te documenteren en te bergen. De kostbare lading stamde uit de veertiende eeuw v. Chr. en bevatte artefacten uit het hele Midden-Oosten en Europa, wat duidelijk maakte hoe wijdvertakt de handelsroutes in de wereld van de Oudheid waren.

Voordat Bass in 1960 zijn eerste scheepswrak ging opgraven, had hij slechts een paar keer gedoken in het zwembad van de plaatselijke jeugdherberg. Maar in de loop van zijn carrière, waarin hij onderzoek deed naar tientallen scheepswrakken die dateerden van de Bronstijd tot de Middeleeuwen, liet hij zien dat de nauwgezette methoden waarmee archeologische opgravingen te land worden uitgevoerd, ook konden worden toegepast op veeleisende onderwatervindplaatsen, waar archeologen met behulp van duikuitrusting of met zuurstofaanvoer vanaf een boot onderzoek en opgravingen konden doen.

“We waren daar niet om te sportduiken of te schatgraven,” schreef Bass in juli 1963 in zijn eerste van vele artikelen voor National Geographic. “Ons doel was om onderwater op precies dezelfde wijze te werk te gaan als archeologen te land: om de vindplaats laagje voor laagje af te graven en de positie van alle objecten in het scheepsruim zorgvuldig vast te leggen alvorens ze te verplaatsen of naar de oppervlakte te halen.”

Inspiratie voor een nieuwe generatie

George Fletcher Bass werd op 9 december 1932 geboren in Columbia, South Carolina, als zoon van een leraar Engels en schrijver, wiens invloed op Bass is op te maken uit de honderden artikelen en boeken die de archeoloog in de loop van zijn carrière zou publiceren. Belangrijk was dat Bass ook voor een groot publiek en voor niet-ingewijden schreef, waarmee hij al begon met zijn eerste artikelen voor National Geographic en zijn boek Archaeology Under Water (1966), dat nieuwe interesse voor de opkomende discipline wekte.

“Hij kon als wetenschapspublicist met het grote publiek communiceren in een tijd dat zoiets in de academische wereld als bedenkelijk werd gezien. En door die toegankelijke presentatie van zijn onderzoek heeft hij de volgende generatie onderwaterarcheologen geïnspireerd,” zegt onderwaterarcheoloog James Delgado, vicepresident van SEARCH, Inc. en voormalig voorzitter van het INA.

“George Bass opende een nieuwe en wonderbaarlijke wereld, niet alleen voor archeologen en historici maar ook voor het bredere publiek,” zegt Fredrik Hiebert, gastarcheoloog van de National Geographic Society.

Onder leiding van Bass breidde het INA zijn onderzoek naar talloze geografische regio’s en diverse historische tijdperken uit, variërend van opgravingen van schepen uit de Amerikaanse Onafhankelijkheidoorlog in Lake Champlain tot onderzoek naar een Ottomaans fregat voor de kust van Japan. In de jaren negentig zette het INA een onderzoekscentrum in het Turkse Bodrum op, met Turkse archeologen en curatoren.

“Telkens wanneer we met opgravingen bezig waren, deed Bass zijn uiterste best om plaatselijke studenten en archeologen bij het project te betrekken; hij heeft ook veel studenten geholpen om aan Texas A&M colleges van het curriculum nautische archeologie te volgen,” herinnert Deborah Carlson zich, de huidige voorzitter van het instituut en voormalig studente van Bass. “Ik weet dat het een van de aspecten van zijn carrière was waarop hij erg trots was.”

In de loop van een carrière van 39 jaar kreeg Bass maar liefst 36 beurzen van de National Geographic Society; in 1979 werd hij onderscheiden met de La Gorce Gold Medal van de Society, en in 1988 met haar Centennial Award. Voor zijn grote bijdrage aan wetenschappelijk onderzoek werd hij in 2002 geëerd met de National Medal of Science.

Bass laat zijn echtgenote en expeditiepartner Ann en zijn twee zonen Alan en Gordon na.

Dit artikel werd oorspronkelijk in het Engels gepubliceerd op NationalGeographic.com