Aan het begin van de kolonisatie van Australië was sekswerk voor veel vrouwelijke strafgevangenen een manier om te overleven in een onbekend land, waar mannen sterk in de meerderheid waren. Al snel sloten ook onteigende Aboriginalvrouwen en immigranten zonder strafverleden zich bij hen aan. Waarom speelde sekswerk zo’n grote rol speelde in koloniaal Australië?

Overvolle Britse gevangenissen

In het achttiende-eeuwse Groot-Brittannië zaten de gevangenissen overvol. Er was grote armoede en veel burgers stalen om te kunnen overleven. Al in de zeventiende eeuw hadden de Britten hiervoor een oplossing bedacht: gevangenen werden naar koloniën in Noord-Amerika gestuurd om daar onbetaald te werken.

Maar na de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring in 1776 viel die optie weg. De Britten waren op zoek naar een alternatief en richtten hun blik op Australië. Zij zagen in dit land veel mogelijkheden en kansen. Aan het feit dat daar al duizenden jaren Aboriginals leefden, werd weinig waarde gehecht.

De gevangenen komen aan

In januari 1788 kwamen de eerste elf schepen met gevangenen, ook wel bekend als de first fleet, aan in het Australische Sydney Cove. De reis duurde ongeveer acht maanden en aan boord zaten in totaal duizend tot 1500 gevangenen.

Arthur Phillip, de kapitein van de vloot, stichtte een strafkolonie op de plek die later zou uitgroeien tot Sydney. De gevangenen werden direct ingezet om de nieuwe nederzetting op te bouwen. Van 1788 tot 1868 werden ongeveer 162.000 gevangenen van Groot-Brittannië naar Australië gestuurd, vervoerd met in totaal 806 schepen.

Leestip: Zo verliep de ontdekking van Tasmanië door de Europeanen

Vrouwen waren destijds sterk in de minderheid. Slechts een kwart van de gevangenen was vrouw. De meeste vrouwelijke strafgevangenen waren eerstekeerovertreders die voor kleine diefstallen tot deportatie werden veroordeeld.

Weinig mogelijkheden om te werken

Vrouwen waren in deze periode kwetsbaar en hadden jarenlang geen vaste plek om te wonen. Er bestond geen speciale huisvesting voor vrouwen, waardoor ze vaak moesten bedelen, lenen of improviseren om ergens onderdak te vinden.

Tegelijkertijd bood de kolonie nauwelijks werkmogelijkheden voor vrouwen. De meeste vrouwen beschikten vooral over vaardigheden in huishoudelijk werk, zoals schoonmaken en zorgen. Ook was er, in tegenstelling tot in hun thuisland, geen industrie of maaksector waar zij aan de slag konden.

Ook toen de kolonie zich verder ontwikkelde bleef huishoudelijk werk de belangrijkste bron van inkomen. Er was wat werk in winkels en kroegen en zeer zelden in de textiel, maar de mogelijkheden om zelfstandig geld te verdienen waren zeer beperkt. Voor veel vrouwen bleef uiteindelijk één optie over: sekswerk. En daar was, gezien het grote overschot aan mannen, veel vraag naar.

Een nieuwe wereld

Voor sommige vrouwen was deze nieuwe werkelijkheid minder angstaanjagend dan voor andere. Ongeveer één op de vijf vrouwen die naar Australië werden gestuurd had in Groot-Brittannië al ervaring in de seksindustrie. Zij zagen het als een nieuwe kans en ontdekten al snel waar de mogelijkheden lagen.

Maar voor vrouwen met een heel andere achtergrond, zoals naaisters die voor een klein vergrijp waren veroordeeld, moet de situatie schokkend zijn geweest. Tijdens de lange zeereis van zo’n acht maanden kregen zij tegen wil en dank de tijd om aan het idee te wennen.

Eenmaal aangekomen in Sydney Cove werd direct duidelijk dat dit een totaal nieuwe wereld was, waarin zij moesten leren omgaan met onbekende omstandigheden. Sommigen wisten zich aan te passen, anderen niet.

Het lot van Aboriginals

Er is geen bewijs dat Aboriginalgemeenschappen voor contact met Europeanen aan sekswerk deden. Hun samenlevingen kenden geen geldeconomie en functioneerden op een totaal andere manier. Dit veranderde met de komst van de Britten.

Leestip: In november 1932 verklaarde Australië de oorlog aan de emoe – en verloor

In de beginjaren van de kolonisatie werden Aboriginalvrouwen op grote schaal uitgebuit. Ze werden verkracht, ontvoerd en gevangen gehouden. Vooral langs de zuidkust van Australië namen walvisvaarders en zeehondenjagers Aboriginalvrouwen mee naar eilanden, waar zij werden misbruikt als seksuele en huishoudelijke slaven en moesten werken bij het verwerken van de vangst.

Overal waar Europeanen zich vestigden, raakten Aboriginalgemeenschappen hun land kwijt – nog altijd strijden ze voor erkenning. Hun manier van leven en overleven werd verstoord en bestaande economieën stortten in. In sommige gevallen konden gemeenschappen alleen nog standhouden door seksuele ruil en het aanbieden van diensten door vrouwen.

Australië in de negentiende eeuw

In de negentiende eeuw begon Australië snel te groeien. Steden als Sydney en Melbourne ontwikkelden zich in hoog tempo, met een toenemende bevolking en nieuwe industrieën. Tegelijkertijd ontstonden er sloppenwijken en bleven vrouwen tot het einde van de negentiende eeuw in de minderheid. Sekswerk maakte in deze steden een vast onderdeel uit van het dagelijks leven.

Er waren ‘high class’-sekswerkers voor de hogere kringen, maar ook vrouwen die in steegjes en sloppenwijken werkten, in erbarmelijke omstandigheden leefden en klanten op straat zochten.

Ook buiten de steden speelde sekswerk een grote rol, bijvoorbeeld in mijngebieden, aan de grenzen en in de parelindustrie. Plaatsen als Broome, Darwin en Thursday Island werden vooral bevolkt door mannen en de vraag naar sekswerk was groot.

Contagious Diseases Acts en andere vrouwen

Australië nam tussen 1868 en 1879 de Contagious Diseases Acts van het Verenigd Koninkrijk over. Deze wetten waren bedoeld om geslachtsziekten binnen het leger te bestrijden en verplichtten tot gedwongen medische inspecties van vrouwen die van sekswerk werden verdacht. In sommige gevallen kon dit ook leiden tot opsluiting in een zogenoemd lock hospital. De mannen werden met rust gelaten.

Leestip: Is sekswerk het oudste beroep ter wereld? Dit zeggen historici

In deze periode kwamen steeds meer vrouwen vanuit andere delen van de wereld naar Australië. Zo trokken ook vrouwen Europese landen zoals Frankrijk en de Verenigde Staten naar de andere kant van de wereld, vaak gedreven door economische motieven.

Vanaf de jaren 1880 kwamen ook vrouwen uit Japan naar Australië. Door extreme armoede werden sommige jonge meisjes verkocht en via Aziatische handelsroutes naar Australische mijn- en parelgebieden gebracht, waar zij in het sekswerk terechtkwamen.

Bewust door de vingers gezien

De Britse overheid besefte al vroeg dat het sturen van duizenden mannen naar een verre strafkolonie problemen zou veroorzaken. Zonder ‘seksuele uitlaatklep’ vreesde men voor spanningen, opstanden en homoseksualiteit.

Hoewel sekswerk officieel werd afgekeurd, accepteerden de autoriteiten in de praktijk dat vrouwelijke strafgevangenen deze rol vervulden. Bestuurders keken dan ook vaak bewust weg. Pas rond 1910 ontstond strafrechtelijke wetgeving rond sekswerk.

Meer ontdekken? Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium en steun onze missie. Word vandaag nog lid!