In januari 1891 marcheerde een groep Amerikaanse soldaten voor een laatste inspectie langs hun generaal. Het was een feestelijk gebeuren, ondanks het feit dat ze door een verlaten, op het oog onbewoonde vallei in de staat South Dakota liepen. Compagnie na compagnie trok voorbij, alleen gadegeslagen door hun generaal en enkele kleine groepjes van het volk waar ze recent een overwinning op hadden behaald.
Slechts enkele weken daarvoor hadden vijfhonderd van deze marcherende manschappen een bloedbad aangericht waarbij minstens driehonderd mannen, vrouwen en kinderen van de Lakota werden gedood. Niet lang daarna ontvingen twintig van de militairen een Medal of Honor voor hun optreden bij Wounded Knee, de hoogste en meest prestigieuze onderscheiding van het Amerikaanse leger.
Ruim een eeuw later doen juristen en activisten nu een beroep op president Joe Biden om de lintjes van de soldaten die aan de gewelddaden meededen in te trekken. Wounded Knee, dat ooit werd gezien als een overwinning op een koppige vijand, wordt inmiddels beschouwd als een regelrechte gruweldaad.
(Exclusief voor abonnees: In de schaduw van Wounded Knee.)
De oorsprong van de Ghost Dance
De massamoord bij Wounded Knee was een reactie op een religieuze beweging die voor korte tijd hoop bood aan de inheemse bevolking van de Great Plains. De komst van witte kolonisten had grote gevolgen voor hen gehad. De Ghost Dance beweging raakte rond het jaar 1870 in zwang onder de inheemse bevolking van het westen van Amerika. De beweging was gebaseerd op een reeks vertellingen van Paiute-medicijnmannen en voorspelde dat een aanstaande opstand zou leiden tot de ondergang van de totale witte bevolking en de wederopstanding van de inheemse Amerikanen.
De beweging werd al snel omarmd door de Lakota-bevolking in North en South Dakota. Deze inheemse bewoners waren in enkele tientallen jaren tijd bijna dertig miljoen hectare land kwijtgeraakt en zagen zich gedwongen om de overgebleven grond onder verschillende stammen en groepen te verdelen. In 1889 waren ze verdeeld over vijf verschillende reservaten in North en South Dakota. (In het reine komen met een eeuw aan trauma’s in de Amerikaanse kostscholen voor inheems-Amerikaanse kinderen.)
Lees ook: Overlevenden van bloedbad houden zich schuil in uitgestrekt moeras
De aanhangers van de beweging geloofden dat ze door te zingen en rituelen uit te voeren de aanstaande afrekening konden bespoedigen, de doden tot leven konden wekken en hun land weer konden terugkrijgen. Ze droegen speciale shirts, die kogels zouden kunnen afweren, en enkelen van hen raakten in een soort hypnose door de gezangen vol herhalingen en de dansen waarin groepen mensen in een kring rond schuifelden.
‘We hebben bescherming nodig.’
Maar tegenover de hoop van de Ghost Dancers stond de angst van de witte kolonisten, die bang waren dat de rituelen geweld tegen hen zou uitlokken. Dat gold onder meer voor Daniel F. Royer. Als ‘Federal Indian agent’ moest hij contacten onderhouden met de Lakota-bevolking, die hem voor de grap de bijnaam “Jongeman die bang is voor indianen” had gegeven. In december 1890 stuurde hij een alarmerend telegram vanuit het Pine Ridge-reservaat in de regio Badlands in South Dakota naar zijn meerderen bij het Bureau of Indian Affairs in Washington.
“Indianen dansen in de sneeuw en zijn door het dolle,” schreef hij. “We hebben bescherming nodig, en wel nu.”
Amerikaanse gezagsdragers bij andere Lakota-reservaten maakten zich bovendien zorgen om de bekendste aanhanger van de Ghost Dance: Chief Sitting Bull. In 1876 leidde hij de aanval tegen het Amerikaanse leger van commandant George Armstrong Custer bij de Slag van de Little Bighorn (in het Engels ook wel ‘Custer’s Last Stand,’ genoemd) waarbij Custer en al zijn soldaten stierven.
Hoewel hij officieel als krijgsgevangene vastzat in het reservaat Standing Rock in South Dakota, had Sitting Bull toestemming gekregen om als artiest door het land te toeren. Het bekendst is hij van zijn optredens in de Wild West Show van Buffalo Bill Cody in 1885. Toen Royer een telegram aan zijn bazen stuurde in 1890, was Sitting Bull weer terug in Standing Rock en had hij gezegd dat hij zou toestaan dat de Ghost Dancers in zijn kamp bijeenkwamen.
De oorlog tegen de Ghost Dance
Het Amerikaanse leger was ervan overtuigd geraakt dat de Ghost Dance-beweging een bedreiging vormde voor de witten en verbood de ceremonies vanaf december 1890 in alle reservaten. Bovendien werd er een begin gemaakt van het verzamelen van troepen in het gebied. De federale overheid vroeg in eerste instantie aan Buffalo Bill Cody of hij Sitting Bull wilde overhalen om een eind te maken aan de dansen. Maar Cody werd onderweg tegengehouden door militairen en werd gesommeerd om terug te keren. Het Amerikaanse leger was van plan om Sitting Bull te arresteren.
Op 15 december 1890 sloten zo'n veertig inheems-Amerikaanse agenten in dienst van de Indian Agency Sitting Bull in en probeerden hem te arresteren. Toen hij zich verzette, brak er een gevecht uit waarbij politieofficier Bull Head op Sitting Bull schoot en hem doodde. Een aantal leden van de groep van Sitting Bull vluchtte die avond en ging op weg om zich aan te sluiten bij Chief Spotted Elk, de halfbroer van Sitting Bull, die in een ander reservaat verbleef.
Lees ook: Prehistorisch bloedbad roept meer vragen dan antwoorden op
Deze ging er vanuit dat de federale troepen meer chiefs zouden doden en vertrok daarop samen met zijn bondgenoten richting het zuiden, naar Pine Ridge, in de hoop daar bescherming te vinden. Maar de tocht liep vertraging op door slecht weer en ziekte.
Op 28 december stuitte de groep op legertroepen die zeiden dat de vluchtelingen naar Wounded Knee Creek moesten gaan. Die avond omsingelden circa vijfhonderd soldaten de ongeveer driehonderd mannen, vrouwen en kinderen terwijl de Lakota hun kamp opsloegen bij Wounded Knee.
Een bloedbad bij Wounded Knee Creek
De volgende ochtend gaf commandant James W. Forsyth de Lakota het bevel om de wapens neer te leggen. Hij zei dat ze naar een ander kamp zouden worden gebracht. De Lakota dachten dat dit betekende dat ze naar een plek buiten het Lakota-gebied zouden worden gebracht. Enkele van hen begonnen Ghost Dance-liederen te zingen.
De militairen die de Lakota-groep omsingelden hadden te horen gekregen dat de Ghost Dance en de bijbehorende rituelen een voorbereiding waren op gevechten. Toen een van de dansers wat grond oppakte en dit in de lucht gooide, zagen de soldaten dit als een soort teken. Daarop openden ze het vuur.
Het resultaat was een bloedbad. Hoewel de Lakota wel terugvochten, waren ze getalsmatig in de minderheid en hadden ze veel minder wapens, vooral ook omdat sommige soldaten vroege versies van machinegeweren inzetten.
Tegen de tijd dat het schieten enkele uren later ophield, lagen er overal lijken. De meeste slachtoffers, waaronder ook baby’s en vrouwen, waren van dichtbij neergeschoten. Enkele doden van de Lakota-bevolking werden op niet minder dan vijf kilometer van het kamp aangetroffen; de weinigen die wisten te vluchten waren achterhaald en alsnog gedood.
Het Amerikaanse leger haalde de eigen doden weg, maar liet de Lakota-slachtoffers in de vrieskou liggen in de drie dagen durende sneeuwstorm die volgde. Veel soldaten ontdeden de Lakota van hun kleding voordat ze hun bevroren overschotten in een massagraf gooiden, en bewaarden de speciale ‘ghost-shirts’ als souvenir.
Bij het gevecht kwamen 25 soldaten om, veelal door eigen vuur. Hoewel er geen betrouwbare documenten zijn over het aantal Lakota-slachtoffers, denken historici inmiddels dat het dodental onder hen minstens 300 bedraagt.
Slag of slachting?
Zodra het incident meer bekendheid kreeg, ontstond er debat over de benaming van de gebeurtenis bij Wounded Knee. Forsythe werd na de massamoord uit zijn functie ontheven. Zijn gedrag werd onderzocht, maar hij verdedigde zijn handelwijze en kreeg snel daarna zijn positie terug. Amerikaanse kranten die de verzameling van de troepen in North en South Dakota op de voet hadden gevolgd, omschreven de gebeurtenis als een onontkoombaar gevecht; lokale witte kolonisten vierden deze als een overwinning op een oorlogszuchtig volk.
Journalist L. Frank Baum uit South Dakota, die later The Wonderful Wizard of Oz zou schrijven, schreef in reactie op het nieuws “Als we onze beschaving willen beschermen is het raadzaam.... om deze bandeloze en ontembare wezens uit te roeien.”
Inheemse Amerikanen, zowel afkomstig van de Lakota als van andere volken, zagen de slachting als een teken dat de Amerikaanse regering er alles aan zou doen om hen te vernietigen. “Ik wist op dat moment niet hoeveel er verloren was gegaan,” schreef Black Elk, een medicijnman van de Lakota die de massamoord overleefde. “De hoop van de natie is vermorzeld. Er is geen hart meer, en de heilige boom is dood.”
Het zou de laatste grootschalige botsing zijn na een eeuw van gewapende conflicten tussen inheemse Amerikanen en het Amerikaanse leger.
Moeten de Medals of Honor worden herroepen?
In 1891 reikte het leger twintig Medals of Honor uit aan soldaten die aan de gruweldaad hadden deelgenomen.
Lees ook: Apocalypse WWI: Verdun
In de loop van de tijd veranderde de publieke opinie over het incident, naarmate historici zich er meer in gingen verdiepen. Er werden miljoenen exemplaren verkocht van het boek Bury My Heart at Wounded Knee, waarin auteur Dee Brown blootlegt hoe de handelwijze van witte Amerikanen leidde tot de ondergang van de inheemse Amerikanen. Wounded Knee werd hierdoor een naam die iedereen in Amerika kent. Leden van de American Indian Movement vestigden de aandacht op het bloedbad in het kader van de strijd voor autonomie voor inheems-Amerikanen. Zo vond in 1973 een bezetting van Wounded Knee plaats, waarbij twee activisten werden doodgeschoten. (Lees meer over de strijd van de ‘Red Power’-beweging voor autonomie.)
Wounded Knee werd een symbool voor activisten, die wezen op de gevolgen die de eeuwenlange diefstal van land, de verbroken beloften en de gedwongen assimilatie hadden gehad op de inheemse Amerikanen. In 1990 bood het Amerikaanse Congres officieel excuses aan voor het bloedbad.
Inmiddels is de roep om het intrekken van de onderscheidingen luider geworden. In januari 2021 nam de senaat van de staat South Dakota een besluit aan waarmee het Amerikaanse Congres wordt opgeroepen om een officieel onderzoek naar de onderscheidingen in te stellen. Een aantal Amerikaanse politici heeft getracht om een eerder voorstel tot het herroepen van de onderscheidingen nieuw leven in te blazen. Nu het ernaar uitziet dat het besluit vertraging oploopt in een commissie, roepen ze Biden op om het zelf te doen.
“U bent in staat om de onderscheidingen met onmiddellijke ingang te herroepen,” schreven de politici, waaronder senator Elizabeth Warren van Massachusetts en congreslid Sharice L. Davids uit Kansas, op 2 november 2021 in een brief aan de president. “Het is de hoogste tijd om deze schande uit de geschiedenis van ons land recht te zetten.”
Dit artikel werd oorspronkelijk in het Engels op nationalgeographic.com