In het Noord-Amerika van 67 miljoen jaar geleden was de aarde nat en drassig. Er leefden tyrannosaurussen, ankylosaurussen en triceratopsen, maar ook enkele primitieve zoogdieren en de eerste bloeiende planten. Het zou nog tientallen miljoenen jaren duren voor de Amerika’s elkaar raakten. En het gebied dat nu Wyoming heet, lag in het Laat-Krijt aan de kust.
Dat de paleontologen van Naturalis hier in 2013 een Triceratops opgroeven, is dus op zichzelf niet zo bijzonder. Wat de vondst uniek maakt, is dat het er vijf waren: tegelijkertijd verdronken op dezelfde plek in een prehistorisch moeras.
Triceratops was een kuddedier
Paleontoloog Jimmy de Rooij promoveerde afgelopen woensdag op zijn onderzoek naar de vijf dino’s. Zijn analyse van de 1200 fossiele botten bevestigt voor het eerst wat wetenschappers al lange tijd vermoedden: de plantenetende triceratops leefde in kudden. Onderzoek naar de fysisch-chemische eigenschappen van de tanden van de vijf dieren duidt namelijk op een rondtrekkend bestaan – een bestaan dat voor alle vijf de triceratopsen hetzelfde was.
Naast de chemische samenstelling van het tandglazuur onderzocht De Rooij de korrelgrootte van de aarde bij de vindplaats en bestudeerde hij de fossiele botten van de dino’s onder de microscoop. Zo ontdekte hij onder meer dat alle vijf de triceratopsen een traag groeipatroon hebben gehad. Opnieuw een aanwijzing dat ze onder vergelijkbare omstandigheden zijn opgegroeid.
Samen ten onder
Vijf dino’s – elk niet ouder dan 28 jaar – op doortocht door de moerassen van Laramidia. Misschien waren ze op zoek naar nieuw leefgebied of voedsel, vermoeid en hongerig na een lange reis. Misschien was het wel een T. rex die ze dieper het moeras indreef, met alle gevolgen van dien.
Wat we in elk geval zeker weten, is dat ze samen ten onder gingen. ‘En dat roept natuurlijk weer allemaal nieuwe vragen op,’ zegt De Rooij in een persbericht. Hoe complex het sociale gedrag van de triceratops precies was, moet vervolgonderzoek uitwijzen.










