Op 24 april 1990 wordt ruimtetelescoop Hubble, een samenwerking tussen ruimteagentschappen NASA en ESA, de ruimte ingeschoten. Inmiddels draait de kunstmaan al ruim dertig jaar in een baan rond de aarde, op 515 kilometer hoogte. Sinds zijn lancering wist Hubble, net als de James Webb-telescoop, al tal van mysteries van het heelal te ontrafelen. Wat zijn de opvallendste ontdekkingen van Hubble tot nu toe?
1. Het heelal dijt steeds sneller uit
Sinds de oerknal dijt het heelal uit. Dat wist ook astronoom Edwin Hubble, die in 1929 met een telescoop de ruimte inkeek en een bijzondere ontdekking deed: hoe verder een sterrenstelsel van ons afstaat, hoe sneller het van ons af beweegt. Ruimtetelescoop Hubble, vernoemd naar de astronoom, ontdekte in 2011 dat het heelal niet alleen uitdijt, maar dit ook op een steeds hoger tempo doet. Deze unieke bevinding leverde de betrokken astronomen de Nobelprijs voor Natuurkunde op.
2. Pluto heeft niet één, maar vijf manen
In 2006 raakte Pluto de titel van planeet kwijt. Een jaar eerder werd de dwergplaneet ook al voorpaginanieuws: telescoop Hubble had twee nieuwe manen rondom Pluto ontdekt. Tot die tijd wisten we alleen van het bestaan van Charon af. En Pluto bleek nog meer geheimen te bewaren: Hubble ontdekte later ook nog een vierde (Kerberos) en vijfde (Styx) maan in de baan rondom Pluto.
3. Hubble ontdekt minimanen rondom Uranus en Neptunus
Ook bij de planeten Uranus en Neptunus kreeg Hubble een aantal manen in het vizier. Rondom Uranus draaien twee manen, genaamd Cupid en Mab, die zo klein zijn dat ze eerder door NASA’s Voyager 2 over het hoofd werden gezien. Hubble merkte ze wel op. Aan de hand van gegevens van de ruimtetelescoop berekenden wetenschappers dat de manen maar twaalf tot zestien kilometer breed zijn. Ook bij Neptunus ontdekte Hubble een nieuwe maan.
4. Echo’s van licht bij exploderende ster
Op onderstaande foto van Hubble zie je hoe licht als een echo door de ruimte reist na een explosie op een rode superreus. In eerste instantie lijkt het alsof de ster brokstukken achterlaat, maar in werkelijkheid is dit het licht dat weerkaatst tegen stofwolken rondom de ster. Doordat Hubble extreem ver in de ruimte kan kijken, legt de telescoop dit soort fenomenen op duizenden lichtjaren van de aarde op de gevoelige plaat vast.
5. Superzware zwarte gaten zijn overal
Dat er zich in het centrum van vrijwel elk sterrenstelsel een superzwaar zwart gat bevindt, weten we ook dankzij Hubble. In 1994 observeerde de Faint Object Camera van Hubble een gaswolk die met een snelheid van 550 kilometer per seconde rondom het midden van het elliptische sterrenstelsel M87 draait. Wetenschappers concludeerden vervolgens dat alleen de zwaartekracht van een superzwaar zwart gat sterk genoeg is om zulke snelheden te creëren. Ook in het midden van de melkweg ligt een zwart gat: Sagittarius A*.
6. Poollichten in de atmosfeer van Jupiter
Niet alleen op aarde fleuren gekleurde poollichten met enige regelmaat de hemel op. Ook op Jupiter draaien aurora’s boven de polen in de lucht. En dankzij Hubble weten we nu ook hoe dit eruitziet, want de telescoop maakte er een foto van. Dit unieke beeld werd gemaakt toen ook ruimtesonde Juno een bezoek bracht aan Jupiter. ‘Het is alsof Jupiter een vuurwerkfeest organiseert voor de aankomst van Juno,’ zei hoofdonderzoeker Jonathon Nichols van de University of Leicester daar destijds over.