Als Albert Einstein ergens bekend van is, dan is het wel zijn befaamde formule: E=mc². Daarmee ontdekte hij dat energie en massa onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. Het opende de deur voor het opwekken van kernenergie – en de ontwikkeling van kernwapens.
Daar had het aandeel van Einstein in de nucleaire oorlogvoering bij kunnen blijven. Maar het liep anders – en dat had te maken met een koelkast.
Energiezuinige koelkast
In de jaren 20 van de vorige eeuw woonde Einstein in Berlijn. Met de Hongaarse promovendus Leo Szilárd werkte hij aan de ontwikkeling van een energiezuinige koelkast. Het apparaat kwam uiteindelijk niet op de markt, maar de twee wetenschappers bleven na het project wel contact onderhouden.
In 1933, het jaar waarin Hitler rijkskanselier van Duitsland werd, ontdekte Szilárd het principe van de nucleaire kettingreactie. Bij dit proces komt de energie vrij die zit opgeslagen in atomen, waardoor een enorme explosie ontstaat. In 1939 was Szilárd ervan overtuigd dat Duitse wetenschappers deze kennis gebruikten voor de productie van een atoombom.
Brief van Einstein aan Roosevelt
Szilárd ging te rade bij zijn beroemde collega-wetenschapper. Einstein reageerde geschokt dat zijn formule bijdroeg aan de ontwikkeling van een bom met potentieel verstrekkende gevolgen.
Samen met Szilárd en nog twee Hongaarse collega’s, Edward teller en Eugene Wigner, schreef Einstein een brief aan Theodore Roosevelt waarin hij waarschuwde over wat er kon gebeuren als nazi’s eerder dan de VS een atoombom wisten te ontwikkelen.
‘Het is bijna zeker dat [een nucleaire kernreactie] in de nabije toekomst realiteit kan worden,’ schreef Einstein. Hij waarschuwde voor ‘extreem krachtige bommen van een nieuw type’ en adviseerde de president een onderzoek naar atoomenergie te financieren.
Het Manhattanproject
Roosevelt nam de waarschuwing serieus. Op 21 oktober 1939, twee maanden nadat hij de brief ontving en slechts enkele dagen na de Duitse invasie van Polen, vond de eerste ontmoeting plaats van de adviescommissie die door Roosevelt was samengesteld. De adviescommissie zou de voorloper zijn van het Manhattanproject, een geheime overheidsoperatie die onder leiding van Robert Oppenheimer uiteindelijk een werkende atoombom wist voort te brengen.
Hoewel Einstein nooit aan het Manhattanproject heeft meegewerkt, bleef zijn naam voor altijd verbonden aan het wapen dat voortkwam uit zijn grootste ontdekking. Hij was er kapot van toen hij hoorde over het bombardement van Hiroshima – en voelde zich vernederd toen TIME in 1946 een foto van hem op de voorpagina plaatste voor een paddestoelwolk met zijn beroemde formule.
Vader van de atoombom
De rest van zijn leven zou Einstein, een zelfverklaard pacifist, zich sterk uitspreken tegen nucleaire wapens en pleiten voor een wereldwijd verbod. Hij worstelde met zijn verantwoordelijkheidsgevoel.
‘Ik was me bewust van het gevaar voor de mensheid als deze experimenten zouden slagen,’ schreef Einstein over de ontwikkeling van de bom in een Japans tijdschrift in 1952. ‘Ik zag geen andere uitweg.’
Nog niet uitgelezen? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief van National Geographic en ontvang de favoriete verhalen van de redactie wekelijks in je mail.