De pest, kruistochten, heksenverbrandingen en de katholieke kerk die in alle aspecten van het dagelijks leven domineerde: de ‘barbaarse’ Middeleeuwen worden vaak geassocieerd met onwetendheid en een gebrek aan kennis. Waren middeleeuwers echt zo dom als we denken – en hoe is dat beeld ontstaan?

Analfabetisme

Het merendeel van de Europese bevolking in de Middeleeuwen was analfabeet. Vooral op het platteland waren weinig mensen die konden lezen en schrijven, dat was een vaardigheid die was voorbehouden aan geestelijken en de adellijke bevolking. Dat betekende echter niet dat de rest van de mensen dom of onwetend was.

Leestip: Deze middeleeuwse schrijfster maakte zich hard voor vrouwenrechten

De overdracht van kennis gebeurde tenslotte ook op andere manieren. Mondeling via preken, volksverhalen en liederen, maar ook via bijvoorbeeld kunst en symbolen. Kloosters speelden hierin een centrale rol: monniken en kloosterlingen hadden immers toegang tot schriftelijke kennis.

Culturele bloei

De Middeleeuwen worden vaak gezien als een periode van geringe culturele bloei, maar ook dat is niet correct. Met name in het gebied ten oosten van de Middellandse Zee, in het Byzantijnse Rijk en de islamitische wereld, was volop sprake van culturele vernieuwing, kennisontwikkeling en economische voorspoed.

Men sprak zelfs van het islamitische gouden tijdperk, dat zich uitte in kunst, architectuur, filosofie, wetenschap en geneeskunde. Deze kennis werd vervolgens via de kruistochten naar West-Europa gebracht.

Oprichting van de universiteiten

Ook de universiteit is een product van de Middeleeuwen. De basis voor ’s werelds eerste universiteit werd al in de negende eeuw in Marokko gelegd, West-Europa zou in de elfde en twaalfde eeuw volgen met universiteiten in Bologna, Parijs, Oxford en Salamanca.

Leestip: Hoe zag het leven van een middeleeuwse monnik of non eruit?

Voor de doorsnee middeleeuwer had de universiteit geen directe invloed op het dagelijks leven: opleidingen waren voorbehouden aan mannen uit de hogere klassen. Toch sijpelde hun kennis langzaam door naar het stadsleven en drong het via de rechtspraak en stadsbestuur ook door tot andere lagen van de samenleving.

Vanaf de twaalfde eeuw nam in Europa (met name in de steden) de geletterdheid toe. In bepaalde sectoren, zoals het onderwijs, rechtspraak en de handel, werd steeds meer vastgelegd in registers, contracten en boekhouding – en daarvoor moest je kunnen lezen en schrijven.

Vooroordelen

In Europa werden de (late) Middeleeuwen gekenmerkt door handelssteden, gilden, universiteiten, gotische kathedralen, kruistochten en culturele uitwisseling met Byzantium en de islamitische wereld. Toch is het vooroordeel dat de middeleeuwers barbaars en onwetend waren hardnekkig.

Leestip: Deze 4 ideeën over de Middeleeuwen zijn hardnekkig – en onjuist

Het negatieve stereotype dat de Middeleeuwen als ‘duister’ omschrijft, ontstond in de periode van de Renaissance en werd versterkt in de Verlichting. Humanisten uit de Renaissance wilden zich afzetten tegen de met religie doorspekte maatschappij van de Middeleeuwen en verwezen naar zichzelf als de ‘wedergeboorte’ van de klassieke cultuur.

In de Verlichting ging men nog een stapje verder en zette men het christendom weg als rem op de vooruitgang. Verlichte denkers zoals Voltaire stelden het christelijke wereldbeeld en typisch Middeleeuwse feodale systeem gelijk aan onwetendheid en onderdrukking. Een gedachtegoed dat in de negentiende en twintigste eeuw nog verder werd verspreid door populaire literatuur. Ten onrechte dus.

Meer ontdekken? Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium en steun onze missie. Word vandaag nog lid!