Stel je voor: je bent groot, schubbig en staat al miljoenen jaren lang aan de top van de voedselketen. Als dan plotseling een planetoïde ter grootte van de stad Amsterdam de hele wereld in brand zet, overleef je dat ook nog eens. Dan moet je haast wel onverwoestbaar zijn, denk je niet?

Verkeerd gedacht. Voor de onoplettende lezer: we hebben het hier over de meteorietinslag bij Chicxulub in Mexico die een einde maakte aan het dinosaurustijdperk, en jij bent in dit scenario een niet-vliegende dinosauriër uit het Krijt. De impact heb je ternauwernood overleefd. Toch zullen jij en vrijwel al je soortgenoten binnen nu en enkele decennia zijn uitgestorven. Hoe je dat precies vergaan is? Daarover biedt nieuw onderzoek uitsluitsel.

Inslagwinter maakte de aarde onbewoonbaar

Dat het niet de verwoestende inslag zelf is geweest die de dinosauriërs de das omdeed – noch de vele aardbevingen en reusachtige tsunami’s die erop volgden –, wordt al langer verondersteld. Paleontologen zijn het er veelal over eens dat de planetoïde bij Chicxulub een zogenoemde inslagwinter veroorzaakte: een lange periode van duisternis en kou, waardoor een aanzienlijk deel van de soorten op aarde binnen enkele jaren het loodje legden.

Doordat de planetoïde allerlei kleine deeltjes de atmosfeer in wierp, was het maandenlang te donker om te zien, en kon er tot twee jaar lang geen fotosynthese plaatsvinden. Maar welke deeltjes het zonlicht al die tijd blokkeerden, daarover zijn de meningen verdeeld.

En dus besloot een groep onderzoekers van de Koninklijke Sterrenwacht België, de Vrije Universiteit Brussel en het Instituut voor Natuurwetenschappen de proef op de som te nemen. Door een sedimentlaag nabij de Chicxulubkrater te onderzoeken, konden zij haarscherp in kaart brengen welke deeltjes er destijds in de atmosfeer moeten hebben rondgezweefd. Wat bleek? Waarschijnlijk zijn microscopisch kleine stofdeeltjes de voornaamste boosdoener geweest.

Fijnstof werd de dinosauriërs fataal

Toegegeven: erg spannend klinkt het niet – alsof we de beroemdste massaextinctie op aarde hadden kunnen voorkomen met een simpele herfstschoonmaak. Toch levert de ontdekking veel belangrijke inzichten op, zo stelt hoofdonderzoeker Cem Berk Senel in een persbericht.

Eerder werd verondersteld dat zwavel- en roetdeeltjes, respectievelijk afkomstig van verbrijzelde stukken steen en brandende bossen, het gros van het zonlicht moeten hebben geabsorbeerd. Maar de computermodellen die Senel maakte op basis van de sedimentlagen uit Mexico, wijzen erop dat een fijnstofwolk van zogenoemd silicaatstof de voornaamste verduisteraar was. De wolk was flinterdun, maar bleef desalniettemin zo’n vijftien jaar boven de aarde zweven. En dat terwijl het zwaardere zwavel en roet tegen die tijd allang waren weggeregend.

Overigens: ook als jij in dit verhaal helemaal geen dinosaurus was geweest, maar gewoon een mens, had je deze duistere omstandigheden niet overleefd. Al was het alleen maar omdat silicaatstof hartstikke schadelijk is voor het menselijk luchtwegstelsel.