Van 1932 tot 1972 vond in Tuskegee, in de Amerikaanse staat Alabama, een grootschalig experiment plaats dat de geschiedenis zou ingaan als een van de meest onethische en racistische medische onderzoeken ooit. Zeshonderd arme Afro-Amerikaanse mannen werden onder valse voorwendselen gerekruteerd als proefkonijn voor een onderzoek naar onbehandelde syfilis. Het onderzoek zou later bekend worden als de Tuskegee Syphilis Study.

De deelnemers kregen te horen dat ze gratis medische zorg zouden ontvangen. In werkelijkheid werden ze juist bewust níet behandeld, zodat artsen het natuurlijke verloop van de ziekte konden volgen.

Landelijke uitbraak van syfilis

In de jaren dertig werd de Verenigde Staten geteisterd door syfilis, een seksueel overdraagbare aandoening die wordt veroorzaakt door een bacterie. In het begin leidt de soa tot wondjes en zweertjes, maar na verloop van tijd kan de aandoening ernstige schade aanrichten aan het hart, de hersenen, het ruggenmerg en de botten. De ziekte kan uiteindelijk zelfs fataal zijn.

Leestip: Hoe 267 Congolezen in 1897 als attractie werden tentoongesteld in België

Volgens schattingen raakte destijds bijna een op de tien Amerikanen besmet met syfilis en het was moeilijk om de uitbraak onder controle te krijgen. Hoewel er werd gewaarschuwd voor de risico’s van onbeschermde seks, kon de soa ook van moeder op kind worden overgedragen tijdens de zwangerschap.

Onderzoek met racistische overtuigingen

Veel artsen waren ervan overtuigd dat syfilis bij witte patiënten vooral het zenuwstelsel aantastte en bij zwarte patiënten vooral het hart- en vaatstelsel trof. Voor deze aanname bestond geen bewijs, maar de United States Public Health Service (PHS) wilde deze racistische overtuigingen over vermeende lichamelijke verschillen tussen witte en zwarte mensen onderzoeken.

Wil je niets missen van onze verhalen? Volg National Geographic op Google Discover en zie onze verhalen vaker terug in je Google-feed!

In 1932 startte de PHS in het stadje Tuskegee, in de staat Alabama, een grootschalig experiment dat zich uitsluitend richtte op zwarte mannen. De onderzoekers wilden volgen hoe syfilis zich bij hen ontwikkelde. Met zijn overwegend zwarte bevolking werd Tuskegee gezien als de ideale locatie voor het project.

Gebruikt als proefkonijn

In samenwerking met lokale artsen en verpleegkundigen werden zeshonderd Afro-Amerikaanse mannen benaderd, van wie twee derde aan syfilis leed. Hun werd verteld dat ze werden behandeld voor ‘slecht bloed’, een term die lokaal werd gebruikt voor uiteenlopende klachten, variërend van vermoeidheid tot bloedarmoede.

Leestip: Hoe Jesse Owens de rassentheorie van Hitler onderuithaalde, maar zelf tweederangsburger bleef

In ruil voor hun deelname ontvingen de mannen gratis medicatie en zorg voor hun aandoening, warme maaltijden, en hun families kregen een vergoeding voor eventuele begrafeniskosten. In werkelijkheid kregen de deelnemers een placebo toegediend en werden de zieke deelnemers bewust niet behandeld, met alle gevolgen van dien.

De gevolgen waren desastreus. Veel mannen liepen blijvende schade op aan hart, hersenen en zenuwstelsel; sommigen overleden aan de ziekte. Na hun dood nam de Public Health Service de lichamen in beslag om verder onderzoek te doen.

Opzettelijk van medische zorg ontnomen

Tien jaar nadat het onderzoek was gestart, toonden andere klinische studies aan dat penicilline de seksueel overdraagbare aandoening kon genezen. In plaats van de Tuskegee Syphilis Study stop te zetten en de mannen van dit medicijn te voorzien, werd het onderzoek voortgezet.

Vastbesloten hun racistische aannames te bevestigen, zagen ze in Tuskegee een unieke kans om het natuurlijke verloop van de ziekte te blijven volgen. De deelnemers werden niet geïnformeerd over het bestaan van penicilline, laat staan dat ze het kregen toegediend.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden de mannen zelfs vrijgesteld van militaire dienst, uit angst dat ze in het leger wél toegang zouden krijgen tot behandeling. Zelfs in de jaren vijftig, toen inmiddels duidelijk was dat penicilline ook de late stadia van syfilis kon genezen, ging het onderzoek onverstoorbaar verder.

Waarheid komt aan het licht

In december 1965 werd epidemioloog Peter Buxton aangenomen door de Public Health Service om patiënten met seksueel overdraagbare aandoeningen te ondervragen. Tijdens zijn werk hoorde hij via collega’s over de Tuskegee Syphilis Study, en kon zijn oren niet geloven. Twee keer diende hij een formeel protest in, maar beide keren werden zijn bezwaren genegeerd. Uiteindelijk besloot hij de media in te schakelen.

Leestip: tijdlijn: de geschiedenis van de Nederlandse slavernij - en hoe deze werd afgeschaft

In juli 1972 brachten kranten in het hele land het verhaal naar buiten. De onthulling veroorzaakte een storm van verontwaardiging en leidde tot een onderzoekscommissie én een rechtszaak. Datzelfde jaar, veertig jaar na de start van het experiment – en dertig jaar nadat er al een behandeling bestond – werd de studie eindelijk beëindigd. Er bleek geen enkel verschil te zijn tussen zwarte en witte mannen, behalve de manier waarop ze waren behandeld.

De blijvende gevolgen

Toen het experiment eindelijk werd stopgezet, waren nog slechts 74 van de 600 mannen in leven en hadden 40 vrouwen en 19 kinderen syfilis opgelopen door overdracht binnen hun gezin. Maar de schade bleef echter niet beperkt tot de mannen die deelnamen en hun families. Volksgezondheidsonderzoekers beschouwen het experiment als een belangrijke oorzaak van het blijvende wantrouwen van Afro-Amerikanen tegenover de medische wereld.

Dat wantrouwen belemmert tot op de dag van vandaag de strijd tegen hiv, de behandeling van tuberculose en de verbetering van preventieve zorg. Helaas vormt dit slechts één hoofdstuk in de lange geschiedenis van discriminatie die tot op de dag van vandaag voortduurt.

Meer ontdekken? Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium en steun onze missie. Word vandaag nog lid!